Hier en daar veel puin in de beek. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Hier en daar veel puin in de beek. Foto: Bernhard Harfsterkamp

Een wandeling door een beek

Algemeen

Opvallend hoeveel puin er overal nog in de beek ligt

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – De Winterswijkse beken zijn regenbeken. De naam doet het al vermoeden: er is regen nodig om ze te laten stromen. Bij langdurige droogte vallen beekbeddingen geheel of gedeeltelijk droog. Dat gebeurt niet zo heel vaak, maar deze zomer is een groot deel van de beddingen droog gevallen. Dat is uiterst vervelend voor vissen en insecten die afhankelijk zijn van water. Het geeft echter ook de gelegenheid om een beek eens van een andere kant te bekijken.

Beken vooral van boven bekeken
De meeste mensen bekijken de beken al wandelend van de bovenkant. Op een enkele plek kan over de beek worden gevaren, waardoor je al heel anders tegen de beek aankijkt, want er moet nu naar boven gekeken worden om de omliggende natuur te bekijken. Lopend door een beekbedding kijk je nog weer anders tegen die oevers aan. Gemiddeld genomen zijn de beken niet erg diep, maar als je zonder natte voeten te krijgen door een beek wilt lopen heb je doorgaans toch lieslaarzen of een waadbroek nodig. Beekbeddingen zijn onregelmatig, waardoor diepe en ondiepe plekken elkaar afwisselen. Bijna iedereen blijft daarom op het pad boven op de oever.

Meer dan ooit drooggevallen
Wie de oevers van onderaf wil bekijken, kan in een gemiddelde zomer wel in Bekendelle een stukje met droge voeten door de bedding lopen. Langs de zijkanten valt meestal een strookje beekbodem droog. Maar in deze zomer kan op veel meer plekken een stukje door de beekbedding gelopen worden. Verwacht niet dat dit kilometers achter elkaar kan, want ook met droogte zijn er obstakels in de beek. Zoals de opeenhoping van takken of omgevallen bomen, die je alleen door de oever weer even op te klimmen kunt passeren. Gedeelten van die beken kunnen overigens wel water bevatten, omdat er water uit de bodem opwelt. Dat wordt kwel genoemd. Ook bevatten de bovenlopen van de Boven-Slinge, Beurzerbeek en Groenlose Slinge nog water, al is de Boven-Slinge na de Misterweg al behoorlijk drooggevallen. In een gedeelte van de Ratumsebeek is de afgelopen week dieper grondwater gepompt. Het is afkomstig uit een put op het golfterrein. Hiermee wordt geprobeerd om enkele zeldzame vissen als de beekprik meer overlevingskansen te bieden.

In het Bönnink beekbodem nog vooral zandig
Dat er water in de Ratumsebeek wordt gepompt is enkele kilometers verderop al niet meer te zien. In het Bönnink is de beek nagenoeg drooggevallen. Alleen enkele diepe plekken bevatten nog enig water. Vissen zijn daarin niet te zien, wel kleine insecten die zich op het wateroppervlak bevinden. Bij een wandeling door dit deel van de Ratumsebeek valt vooral op dat er hier en daar nogal veel puin in ligt. Zelfs in het deel van Natuurmonumenten zijn een aantal bochten blijkbaar niet zo heel lang geleden versterkt met puin. Toch is in het natuurgebied de beekbodem vooral zandig. Pas erna, richting Ravenhortst bestaat de beekbodem eigenlijk alleen nog maar uit puin. Het maakt de wandeling door de beek lastiger. Dat beekbochten werden versterkt om het afkalven van aangrenzende landbouwgronden te voorkomen is nog wel enigszins begrijpelijk, maar om dan meteen de hele beekbedding vol te gooien met puin is merkwaardig. Dat puin wordt geleidelijk aan weer door het waterschap verwijderd. Maar als dit stukje beek representatief is voor de Winterswijkse beken dan valt er nog veel puin te verwijderen.

Fraaie oude bomen
Het is niet alleen kommer en kwel bij een wandeling door de beekbedding. Je hebt er toch een heel ander uitzicht op de omliggende gronden, of het nou bos of landbouwgrond is. De diepste plekken in dit deel van de beek liggen twee en half tot drie meter onder het maaiveld. Het meest opvallend zijn imposante beuken, eiken en een enkele populier die op de oever staan en daardoor ook de beekbedding op zijn plaats houden. Maar als het water stroomt zie je ook dat onder de boomwortels de beek de oever afkalft. Langs de beek zie je daardoor regelmatig indrukwekkende wortelstelsels. In de bedding zie je ook de restanten van een oude methode om die zogenaamde onderstroom in de oever te voorkomen. Regelmatig steken er paaltjes uit de beekbodem. Daartussen werden ooit wilgentenen aangebracht, waardoor de oever een tijdlang werd beschermd. Misschien zou deze oude techniek hier en daar opnieuw toegepast kunnen worden. Maar veel bomen op en aan de oevers is eveneens een goede methode om de beek niet al te wispelturig te laten worden, Al hoort er dan ook bij dat met enige regelmaat een boom omvalt, omdat het beekwater van jaar tot jaar er onderlangs blijft stromen. Maar deze zomer wat langer dan gebruikelijk niet.

Omgevallen boom met klimop. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Imposante wortelstelsels langs de beek. Foto: Bernhard Harfsterkamp

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant