Het mestkevertje dat massaal vliegt. Foto: Hans Exterkate
Het mestkevertje dat massaal vliegt. Foto: Hans Exterkate

Zwermen kevertjes in de Achterhoek

Algemeen

Geen plaag, want nuttige insecten

door Bernhard Harfsterkamp

REGIO - Overal in de Achterhoek worden sinds een week meldingen gemaakt van grote zwermen kleine bruine kevertjes. Het zijn er vaak honderden tegelijk. Ze vliegen vooral in het buitengebied, maar ook in de randen van de dorpen. De fietser en wandelaar merken dat ze tegen hen aan vliegen en in haren blijven hangen. Wie even de mond open heeft, krijgt gemakkelijk een kevertje binnen. De automobilist merkt het aan het getik op de voorruit. Insecten op de voorruit leek juist een zeldzamer verschijnsel te worden. Het gaat om mestkevertjes van het geslacht Aphodius.

Bodemverbeteraars
Van de mestkevers zijn vooral de grotere exemplaren bekend, zoals de scarabee die in het oude Egypte al werd aanbeden. De mestkevers die tot het geslacht Aphodius behoren zijn klein en niet groter dan een halve tot een hele centimeter. De kevers leven van mest, maar alleen van die van dieren die planten eten. De planteneters zorgen ervoor dat de planten "voorverteerd" worden voor de mestkever in al zijn stadia. Volwassen Aphodius-kevers leggen hun eitjes aan de randen van een koeienvlaai, een paardenvijg of poep van een andere planteneter. De larven en poppen leven van in en van hun "eigen" mesthoopje. Als volwassen kever gaan ze op zoek naar verse mest om daar weer eitjes te leggen. Mestkevers leveren een belangrijke bijdrage aan de bodemkwaliteit. Ze kunnen voedselrijke grond tot diep in de ondergrond brengen en zijn daardoor nuttige insecten. Als voedsel voor andere dieren hebben ze natuurlijk ook een functie.

Honderden kevers uit één mesthoopje
In één mesthoopje kunnen gemakkelijk een paar honderd kevertjes volwassenen worden. Als ze allemaal vrijwel tegelijk kever worden kan dat tot flinke zwermen leiden. Waar veel grazers rondlopen en hun uitwerpselen laten vallen kunnen daardoor heel veel mestkevertjes verschijnen. In dit geval gaat het waarschijnlijk vooral om de Aphodius contaminatus, die geen Nederlandse naam heeft. De volwassen exemplaren verschijnen vooral in augustus en september. Een soortgenoot die er veel op lijkt is de Aphodius prodromus, de zwervende mestkever, maar die vliegt al eerder in het jaar. Mestkevers kunnen verse mest op grote afstand goed ruiken en kunnen daar in grote aantallen op af komen. De Aphodius-kevers zijn algemene soorten, toch zijn ze zelden zo opgevallen dan in de afgelopen week. Het lijkt er op dat er meer zijn dan ooit. Wat daarvan de reden is, is nog onduidelijk. Bij insecten komt het wel vaker voor, dat er zo af en toe in een jaar opeens veel meer exemplaren zijn. Daarna vallen ze vele jaren weer nauwelijks op.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant