Fred Diks (links) en Charles den Tex. “Al pratend komen we op ideeën en puzzelen we verder.” Foto: Sander Grootendorst

Fred Diks (links) en Charles den Tex. “Al pratend komen we op ideeën en puzzelen we verder.” Foto: Sander Grootendorst

Hengelo’s duo schrijft ‘page-turners’ voor middelbare scholieren

HENGELO – Bij Jansen en Jansen in Hengelo in gesprek met Diks en Den Tex. Zij zijn de laatste tijd geregeld in het eetcafé te vinden. Om te brainstormen over de thrillerserie die ze samen schrijven. Met in de hoofdrol en als beoogde lezers: middelbare scholieren.

Door Sander Grootendorst

Ze wonen er al een tijdje, Fred Diks (67) meer dan vier decennia, Charles den Tex (71) zes jaar, in de buurtschap Varssel. Maar de twee Hengeloërs kenden elkaar niet. Totdat kinderboekenauteur Diks thrillerauteur Den Tex spotte bij de flessenautomaat van Albert Heijn. Dat was op 20 juni 2022, nog geen jaar geleden.

Diks: “We spraken af in dit café. Dat had bij één colaatje kunnen blijven en een wederzijds ‘het ga je goed’.” Het werden méér colaatjes, het plan kreeg snel vorm, en in een vroeg stadium besloten ze dat het ook niet bij één thriller zou blijven. “De eerste is uit, we zijn bezig met de tweede, er komen er in totaal zes.” Den Tex ging mee in Diks’ voortvarendheid: “Als het aan Fred had gelegen, hadden het ook twaalf delen kunnen zijn”, lacht hij.

Vandaag staan er opnieuw colaatjes op tafel, én deel één, getiteld De leugen. De schrijvers gebruiken Jansen en Jansen en daarnaast Hotel Bakker in Vorden als overleglocatie. Naast het frequente dagelijkse contact is elkaar live spreken af en toe wel zo handig. “Al pratend komen we op ideeën en puzzelen we verder.”

Den Tex had dat nog nooit gedaan, met z’n tweeën boeken schrijven. In het voetspoor van Sjöwall en Wahlöö en al die andere vooral Scandinavische thrillerauteurs. Diks had al samengewerkt met Erik Scherder, de Nederlandse ‘hersenprofessor’. “We schreven informatieve boeken, waarbij hij de non-fictie en ik de fictie voor mijn rekening nam. Als je samen met anderen een beter boek kunt maken, moet je het niet per se alleen willen doen. Toen ik Charles ontmoette, dacht ik: dit is niet toevallig. Dan kan ik heel impulsief zijn, meteen met een idee komen, dan wil ik aan de slag.”

In Rollercoaster Six (de overkoepelende titel van de serie) brengen beide schrijvers fictie in. Elk vanuit de eigen expertise: “Fred heeft veel kennis van de wereld van jongeren”, zegt Den Tex. “Ik had er bijvoorbeeld geen idee van dat een dertienjarige al met een pinpas rondloopt. En met twee telefoons.” Van suspense weet Den Tex dan weer des te meer.

Diks: “Ik heb vier kinderen en twaalf kleinkinderen in de leeftijd van drie tot en met negentien”, zegt Fred, die geboren werd in Gaanderen en zich als onderwijzer en jeugdtrainer bij voetbalclub Pax in Hengelo vestigde – om nooit meer weg te gaan. Den Tex werd geboren in Australië, het gezin trok naar Leiden toen hij zes was, hij verhuisde nog diverse malen, woonde in Londen en Parijs en onder meer in Amsterdam en Den Haag, verruilde de Randstad voor de Achterhoek om uiteindelijk – heel lang verhaal heel kort – in de supermarkt zijn ‘partner in crime’ te treffen. Met wie het inspirerend samenwerken bleek.

“We bedachten dat het om een groep van vier jongens en twee meisjes moest gaan, ongeveer veertien jaar oud. In elk van de delen zou een van de zes centraal staan. Toen verzonnen we er hun achtergrond bij, hun familie. En thema’s. De verdwijning, de oplichting… Daarna konden we gaan schrijven.”

“Dat doen we om en om”, zegt Den Tex. “Fred schrijft een stuk, daar ga ik doorheen en ik voeg wat toe en dan stuur ik het weer naar hem. Zo wordt het één geheel.” Diks: “We vragen ons natuurlijk ook steeds af: is het spannend genoeg? Is het een ‘page-turner’?” 

Lezen
Diks geeft lezingen op scholen om het leesonderwijs te stimuleren, dat nogal in het verdomhoekje zit. "Het gaat ontzettend achteruit. Terwijl lezen eigenlijk de basis van alles is.” Den Tex: "Onze jeugdthrillers zijn een combinatie van spanning en maatschappelijke thema's die op jongeren betrekking hebben. Ik hoop dat ze daardoor lezen niet meer als verplichting ervaren. Dat we een gat vullen in die leeftijdsgroep.” Diks: "We schrijven de boeken vanuit hun beleving, we kiezen hun kant. Zo hebben volwassenen allerlei vooroordelen die bij kinderen en jongeren niet spelen. Bij de ontvoering in deel 1 gaat de beschuldigende vinger naar een pedofiel in het dorp. Hij blijkt er niets mee te maken te hebben.”

Het mag dan allemaal fictie zijn, het moet wel kloppen. "We hebben een psycholoog gevraagd hoe hij met een kind in een bepaalde situatie zou omgaan. En de politie gesproken wat ze doen als een verdwijning wordt gemeld.” Den Tex: "Ze komen dus niet met loeiende sirenes aanrijden…”

“We schrijven het zo realistisch en geloofwaardig mogelijk op. Zodanig dat lezers gaan denken: dit had mij zelf kunnen overkomen.” De leugen laat bijvoorbeeld de gevolgen zien van jarenlang gepest worden. Den Tex: “Het zijn niet alleen maar avonturen, de boeken gaan echt ergens over.”

Fred Diks en Charles den Tex: Rollercoaster 6, deel één: De leugen. Uitgeverij Volt