Kopgevel. Foto: Edy Kwak
Kopgevel. Foto: Edy Kwak

De Lebbenbrugge te Borculo

INTRO
Ons leven speelt zich voor een groot deel af in gebouwen. Soms zijn ze puur functioneel, sommige gebouwen zijn er om mee te pronken, terwijl anderen ze juist afzichtelijk vinden. Achter vrijwel elk gebouw schuilt een verhaal. Architect Edy Kwak neemt voor Achterhoek Nieuws een kijkje bij een bijzonder gebouw in de regio.

BORCULO - De Lebbenbrugge is een boerderijmuseum in het buitengebied van Borculo, bij de brug over de Lebbinkbeek. Het ensemble bestaat uit verschillende bouwwerken met elk van oorsprong een eigen functie en op verschillende tijdstippen gebouwd.

Rond 1400 werd een saksisch ‘loshoes’ gebouwd. Aan de achterzijde bevond zich een ‘achterbaander’, een groot kozijn met dubbele deuren om wagens naar binnen te rijden. Mens en dier leefden samen in één ruimte. De potstal, de lemen vloer, de was- en karnruimte, en de weefruimte zijn nog aanwezig. Rond 1550 is er door de Heren van Borculo een dwarshuis aan deze boerderij gebouwd in middeleeuwse stijl.
Waarschijnlijk is het complex in de jaren 1932 – ‘39 gerestaureerd. Thans is het een Rijksmonument.
Dit dwarshuis behoorde toe aan het Hof van Borculo en werd door de Heren van Borculo als jachthuis gebruikt. Het had een ‘kökken', een opkamer en een herenkamer met daarin een linnenkabinet. Prinses Beatrix voert nog steeds de titel ‘Heer van Borculo’.

De boerderij lag aan een Hessenweg, een karrenspoor als verbindingsweg tussen Duitsland en Holland. De Hessen waren de pakjesbezorgers van vroegere tijden. Ook kooplieden maakten gebruik van deze wegen. Wie over de brug wilde moest vanaf 1679 tol betalen. En die was best pittig voor die tijd. Enkele bedragen van het bord dat nu nog op de gevel van de boerderij zit getuigen hiervan.
Een passagier die den weg te voet gebruikt …. niets
Een mensch te paard …. 5 cent
Een karre met menschen geladen … 5 cent
Voor ieder mensch in karrewagen …. 2 1/2 cent

Daardoor ging de boerderij ook de functie van tolhuis, herberg, en postkantoor vervullen. Het was zelfs een tijdje vergaderlocatie ten behoeve van de Vrede van Münster. Het werd daardoor een plek van sociale interactie.
De postiljon uit Zutphen reed tot de Lebbenbrugge. Hier kon men overstappen op de postiljon via Lochem naar Winterswijk. De post voor Borculo werd door een ‘Postknegt te paard’ opgehaald en verspreid.

Als we het bouwwerk aan een nader onderzoek onderwerpen zien we dat het uit twee delen bestaat. Het oudste deel is uitgevoerd als vakwerkbouw. De verbindingen van de onderdelen zijn houten pennen. Het metselwerk als invulling is steens dik herkenbaar aan de afwisselende koppen en strekkenlagen. In de kopgevel zien we de gebintstijlen staan op zwerfstenen om intrekken van vocht uit het metselwerk te voorkomen. De ramen van de houten kruiskozijnen zijn aan het onderste deel van luiken voorzien waardoor bij gesloten luiken altijd nog wat daglicht of maanlicht naar binnen scheen. De spijlen voor de raamverdeling zijn van hout. Optrekkend vocht is nog wel een zichtbaar probleem. Boven het kelderraampje aan de rechterzijde zie je twee ankers aan de gebintstijl gemaakt met aangesmede ringen. Hier kon de voorbijkomende reiziger zijn paard aan vastzetten. De topgevel is met ruwe eiken delen bekleed. De naden zorgen voor ventilatie van de zolderruimte. De windveren verlopen naar onder uit om het knikje in het dak te volgen. De beëindiging in de gebogen lijn heet het ‘ojif'
Aan de zijgevel zie je de andere bouwstijl. Geen vakwerkbouw en stenen kruiskozijnen met grotere ramen. De bovenlichten zijn hier in ‘modern' glas in lood uitgevoerd. Het metselwerk is ook in steens werk uitgevoerd. Het dak is met oud-Hollandse pannen bedekt die met strodokken gedicht werden om de jachtsneeuw en boezewind buiten te houden. Er is geen dakgoot. Het regenwater loopt direct naar het grindbed rondom het gebouw. Geen goede oplossing. De groene algvorming aan de voet van het gebouw duidt op optrekkend vocht problemen.
In het dakvlak nog twee dakpannen met openingen voor een uil. Het dakkapelletje met de luiken maken het gemakkelijk de zolder als voorraadruimte te benutten.
Een waterput van Bentheimer zandsteen met puthaal en putemmer maken het plaatje compleet.
Het boerderijmuseum de Lebbenbrugge bevat nog meer bouwwerken zoals we in het begin al aan gaven. Allen met een eigen verhaal en zeker een bezoek waard.

(Bronnen historische gegevens: mijnGelderland en Rijksmonumentenregister)

Zijgevel. Foto: Edy Kwak