waterschapsbestuurder Peter Schrijver en agrariër Jelmer Zielhorst bij het bevloeiingssysteem t Klooster. Foto: PR
waterschapsbestuurder Peter Schrijver en agrariër Jelmer Zielhorst bij het bevloeiingssysteem t Klooster. Foto: PR

Proef tegen droogte op hoge zandgronden succesvol

Overtollig water in de bodem pompen

ACHTERHOEK - Lokale agrariërs in ’t Klooster gaan vanaf deze week door met de proef, die in 2021 gestart is, om de droogte te bestrijden in het gebied. In de proef wordt overtollig water niet afgevoerd naar de grote rivieren, maar wordt het in de bodem gepompt. De proef is een initiatief van Waterschap Rijn en IJssel in samenwerking met LTO Noord, Vitens en Provincie Gelderland. Vanwege de positieve effecten van vorig jaar, wordt het dit jaar op grotere schaal voortgezet. De partijen willen hiermee inzichten opdoen om het watersysteem in de Achterhoek - en specifiek in het drinkwaterwingebied ‘t Klooster – te herstellen en daarmee minder kwetsbaar te maken in droge tijden. 

Op woensdag 18 januari startte waterschapsbestuurder Peter Schrijver het vervolg van de proef: “De pilot van vorig jaar liet zien dat bevloeiing een kansrijke en effectieve maatregel is, met een positief effect op drinkwater, natuur en landbouw. Als boeren in de winter twee weken pompen resulteert dat al in 25 à 30 cm grondwaterstandstijging op perceelsniveau. Dat is aanzienlijk”. 

Resultaten bevloeiingsproef 2021
 Door water vast te houden in de wortelzone van de bodem, blijft het vochtgehalte voor langere periode op orde. Dit heeft geen effect op de gewassen in natte perioden, maar wel in droge perioden. Voldoende vocht zorgt ervoor dat nutriënten beter worden opgenomen door de gewassen en daarmee wordt uitspoeling van stikstof (nitraat) voorkomen. Ook kan door bevloeiing de grondwaterstand aangevuld en verhoogd worden. Dit zorgt ervoor dat er voor langere periode water beschikbaar is en droogte wordt tegengegaan.

Opzet bevloeiingsproef 2022
Vanaf deze week worden 4 à 5 percelen twee maanden bevloeid: van half januari tot half maart (net voorafgaand aan de 1e mestgift). Deze periode is het meest geschikt omdat het in de winterperiode meer regent dan nodig is (neerslagoverschot). Dit zorgt voor een behoorlijke aanvulling van het grondwater. De verwachting is dat watersysteem op deze manier voldoende buffer en veerkracht opbouwt om mogelijk 3 à 4 maanden langer, dus het hele voorjaar, water beschikbaar te hebben in de wortelzone en daarmee een positief effect heeft. In oktober (na het groeiseizoen) worden de effecten gemeten en resultaten besproken met de grondeigenaren en partners. Dan wordt ook bepaald of deze maatregel voortgezet wordt.

Samenwerking
Deze maatregel is onderdeel van het programma ‘Elke druppel de grond in’ van Waterschap Rijn en IJssel. Het waterschap werkt sinds het droge jaar 2018 actief samen met grondeigenaren en partners om water met concrete maatregelen vast te houden in de haarvaten van de watersystemen. Dat blijkt een zeer succesvolle benadering te zijn met intensief contact, watersysteemanalyses, kennisontwikkeling, bewustwording en het uitvoeren van maatregelen. Samenwerken gebeurt onder andere via Droogte Aanpak Achterhoek, WaterwijsBoeren Zoetwatervoorziening Oost Nederland, Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, Koers Voorraadbeheer en het primaire beleid van Vitens, provincie en waterschap. In het drinkwaterwingebied ’t Klooster hebben de samenwerkende partijen gewerkt aan een actieplan, waarin onder andere afgesproken is om zowel nu aan de slag te gaan als een verkenning te doen naar (lange termijn) oplossingen.