Een bankje in het Masterveld. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Een bankje in het Masterveld. Foto: Bernhard Harfsterkamp

In het Masterveld

Ten noorden van de kern van Ratum strekte zich zo’n honderd jaar geleden nog een groot gebied uit met vooral heide. Hier en daar waren moerassige plekjes en vennen. Overal was er ook opslag van dennen, berken en wilgen. Deze uitgestrekte “woeste gronden” kregen de naam Masterveld.

Dat Masterveld van weleer iseen bijzonder gebied geweest. Mr. A. Th. Ten Houten, de man van de “bank” aan de naar hem genoemde laan, schreef er in zijn enige artikel lover. Ik zal alle namen van planten en dieren, die hij opnoemde en die niet meer in Winterswijk voorkomen, niet opsommen. Mij stemde het weemoedig. In dat Masterveld was het korhoennog een gewone verschijning. Tegenwoordig komen van deze soort nog slechts enkele exemplaren voor op de Sallandse Heuvelrug.

De woeste gronden zijn ontgonnen. Vanaf het bankje op de hoek van de Dwarsweg met de Veldboomweg zie ik om me heen bosjes, opgeslagen aardappels en graslanden. Recht voor me in de verte, weet ik, ligt het ven van Heezen met daar omheen een heiderestant. De naam Dwarsweg is een ongelukkige. Dat had Masterveldweg moeten zijn. Richting Huppel en Meddo heet er een weg wel Masterveldweg. Daar lag het Huppelse Veld en het Meddose Veld. Bij straatnaamgeving gaat soms wat mis.

Niet ver van het bankje zie ik langs de Veldboomweg een gebouwtje staan. Het is niet groot en het staat op de topografische kaart van de jaren dertig van de vorige eeuw al ingetekend. Toen stond het midden in het heidegebied, waar de boeren vee rond lieten lopen. Dit veldschuurtje was groot genoeg voor enkele koeien en schapen om te schuilen, maar dan houdt het op. Misschien dat de boeren er werktuigen in opsloegen. Zo’n schuurtje mag best als een klein monument beschouwd worden, waar we best even stil mogen blijven staan.

Wie om het schuurtje heen ziet kijkgaten. "Hé durf i'j te gluren?” lees ik aan de buitenkant. Dat durfde ik. Binnenin zag ik niet veel. Enkele jaren geleden gluurde ik ook al. In mijn herinnering zag ik toen binnen meer staan. Er was toen sprake van dit schuurtje een overnachtingsplek voor toeristen zou worden. Met twee persoon had je er na een lange wandeling er in de zomer zeker goed kunnen uitrusten. Her en der zie ik op de voormalige heidegronden meer van die veldschuurtjes staan. Die gebouwtjes horen bij de geschiedenis van het landschap van Winterswijk. Het zou mooi zijn wanneer er enkele van deze veldschuurtjes behouden kunnen blijven.

Een veldschuurtje. Foto: Bernhard Harfsterkamp