In Dicht beschrijft Bert Scheuter een onbedoeld natuurgebied in Winterswijk. Het is een onvermoed bewoonde rotspartij, die in telkens andere vorm ook in andere Achterhoekse dorpen wordt aangetroffen.

Bebouwd natuurlandschap

De blik op de bouwval dwaalt over een landschap.
Dronende ogen seinen plotseling luchtfoto’s
naar hersenen die natuurwaarden signaleren.
Door versteend land stroomt een dartel beekje,
algenoevers van glimmend groen snijden haar loop
door schimmelend zwart dat over rode veldjes ligt.

Net onder de dakgoot verschijnt meer water.
Breeduit vloeit het langs de steile rode rotswand
naar de plas die libellen voedt met muggenlarven.
Kwikstaart en boomvalk blazen hun jachthoorns,
spitsmuizen en salamanders wachten hun beurt af
onder de prille varenvariatie langs het kleine meer.

De ogen van steenmarters en duiven zien kieren
en kloven in deze rotspartij die hun holen openen,
waar veldmuizen en ratten hun onderburen zijn.
Midden in onze dorpen vindt men rui¨nes als deze.
Onbedoelde natuurgebieden, zoals op nummer 64
in de Meddosestraat in het Winterwijkse landschap.