Reacties op de bevindingen van verkenner Daniëls

WINTERSWIJK – Nadat op maandag 20 juli Marcel Daniëls zijn advies over de toekomst van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix en het Slingeland Ziekenhuis had gepresenteerd, vroegen wij enkele betrokkenen om een reactie.

Door Bernhard Harfsterkamp

Gelijkwaardige positie
Hendrik-Jan Mensink van de Stichting Behoud SKB ziet positieve aanknopingspunten in het rapport van Daniëls. “Op 1 januari zijn er twee zelfstandige ziekenhuizen en dat is een goede zaak. Er zijn dan twee directeuren, die werken vanuit een gelijkwaardige eigen positie. Ik lees vooral dat we meer moeten gaan samenwerken. Dat doen we in zorgnetwerken en onderling vanuit een gelijkwaardige positie.” Dat Daniëls zegt dat het voor de lange termijn niet realistisch is dat Winterswijk alles kan blijven doen vindt Mensink een voorbarig conclusie. “Dat is vooruit lopen op de toekomstvisie die nu voor de zorg in de Achterhoek moet worden opgesteld. Vanuit het SKB en het SZ wordt een plan gemaakt en dan kijken we waar de krachten liggen en wat er nodig is voor goede basiszorg.” Dat het SKB goede basiszorg moet kunnen verzorgen is het uitgangspunt voor Mensink. “Spoedeisende hulp en een intensive care horen bij die basiszorg.”

Samenwerking laten groeien
“Hier ga ik veel aan hebben”, zegt Jeltje Schraverus, waarnemend voorzitter van de Raad van Bestuur van de Santiz-ziekenhuizen, over het rapport van Daniëls. Haar opdracht is inmiddels te werken aan de defusie en de bestuurlijke ontvlechting van beide ziekenhuizen. Het besluit om uit elkaar te gaan heeft volgens haar rust gegeven. “Vanaf 1 september gaan we weer gesprekken voeren tussen de verschillende vakgroepen van de ziekenhuizen.” Onderlinge samenwerking blijft belangrijk en dat is bevestigd door het rapport. “De samenwerking moeten we laten groeien. Komend vanuit veel gedoe is er weer positieve energie. Goede samenwerking ontstaat niet door één vingerknip.” Om op één lijn over de toekomst van de ziekenzorg in de Achterhoek te komen zal niet gemakkelijk zijn. “In de Achterhoek valt dat niet altijd mee.” Of er in beide ziekenhuizen in de toekomst spoedeisende hulp en intensive care zal blijven kan Schraverus niet zeggen. Ze wijst op de discussie die de minister van medische zorg is gestart over de opzet en het aantal van de posten met spoedeisende hulp in Nederland. “Dat moeten we afwachten.”

Geen uitgeklede spoedeisende hulp
Ook wethouder Elvira Schepers is blij dat het rapport er is en dat het besluit tot defusie rust heeft gecreëerd. De conclusie van Daniëls dat het SKB in de toekomst geen bestaansrecht zou hebben, vindt zij te vergaand. “Wij blijven gaan voor een volwaardig ziekenhuis in Winterswijk.” Bedreigender voor de toekomst van het SKB vindt de wethouder de landelijke discussie die nu door de minister is gestart over de spoedeisende hulp. Daarbij is sprake dat het aantal plekken met spoedeisende hulp met de helft kan worden verminderd. “Wij gaan hierop samen met de gebieden in ons land waar de zorg onder druk kan komen te staan reageren. Wij zitten niet te wachten op een uitgeklede post spoedeisende hulp. Valt de spoedeisende zorg weg dan is dat een bedreiging voor het bestaansrecht voor het SKB.” Verdwijnen van het ziekenhuis heeft nog veel meer negatieve gevolgen voor Winterswijk. “Ons ziekenhuis heeft brede maatschappelijke steun. Er zijn weinig regio’s in Nederland waar zo veel verontwaardiging is ontstaan over negatieve toekomstplannen.” Ze spreekt dan ook haar waardering uit voor iedereen die zich in het laatste jaar heeft laten horen over de negatieve plannen voor het SKB. “We zijn in de Achterhoek prima in staat om de zorg zelf te regelen.”