Het bankje aan de Bekeringweg. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Het bankje aan de Bekeringweg. Foto: Bernhard Harfsterkamp

Langs de Bekeringweg

De uitspraak van namen is soms lastig. Je schrijft Bekendelle, je zegt Bekkendelle. In Aalten heb je de Deventerweg. Niet genoemd naar de stad aan de IJssel, want het is de Venterweg. Dat werd later aan elkaar geschreven. Het bankje waarop ik zit staat aan de Bekeringweg. Hier zijn geen mensen bekeerd. Het is de bedoeling dat je Bekkeringweg zegt. Boerderij Bekerink is naamgever.

Het bankje bevindt zich in het Vosseveld, dat zich uitstrekt vanaf de oostelijke dorpsrand tot aan de grens met Duitsland. Het laatste deel wordt ook wel Grote Veld genoemd. De onverharde weg die vanaf het kruispunt, waarbij het bankje staat en richting Steengroeve en de bossen eronder loopt is, een van de drie Grote Veldwegen die Winterswijk kent. Dat hoeft niet te verbazen want honderd jaar geleden waren die grote heidevelden overal aanwezig. Dat waren niet alleen open gebieden, want op de heide sloegen dennen op. Op de kaart van rond 1920 lijkt het alsof er naast de heide veel bos was. Dat was soms bos, maar vooral heide met opslag van dennen en berken.

Over die Grote Veldweg zal ik terug fietsen, want in het Adamskamp, een bos bij de Steengroeve, is de kans op bijzondere vlinders groot. Het zal niet verbazen als ik de keizersmantel aantref, die daar voor het eerst tien jaar geleden werd gezien. Tegenwoordig kun je deze oranje vlinder met zwarte vleugelstippen en paarlemoervlekjes overal in Ratum zien, zelfs in de buurt van dit bankje.

Vandaag valt op dat er veel fietsers en wandelaars onderweg zijn. Het merendeel groet de bankjeszitter en ik groet terug. Fietsers uit het buurland zijn meteen aan de fietshelmen te herkennen. Als ik goed om heen kijk begrijp ik de oorzaak van de drukte. Ik zie paaltjes met markeringen van de knooppuntenroute voor fietsers en van wandelroutes. Vaste routes zijn mooi, maar ik adviseer elke fietser en wandelaar vooral er van af te wijken. Daarbuiten liggen regelmatig veel mooiere paden en wegen.

Vanaf het bankje zie ik meer paaltjes, want paarden met koetsjes hebben eigen routes. Ook zijn er paaltjes met reflectoren om overstekend wild te waarschuwen, een betonnen paaltje dat op water wijst, een met huisnummer en een eenzame weidepaal. Tenslotte zijn er palen met verkeersborden. Als je er eenmaal op let, zie je er steeds meer. Niet alleen langs de Bekeringweg. Om grotere verpaling van het buitengebied te voorkomen is het wellicht handig eens te kijken of er wat meer kan worden gecombineerd. Niet iedereen hoeft een eigen paaltje.

Geen heide meer, nog steeds open. Foto: Bernhard Harfsterkamp