Gemeenteraad geeft burgemeester en wethouders extra richtlijnen voor begroting

Gemeenteraad geeft burgemeester en wethouders extra richtlijnen voor begroting

In het najaar verder praten over de bedrijfs-voering

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – Extra richtlijnen voor burgemeester en wethouders bij het opstellen van de begroting voor 2021 en volgende jaren, dat is de uitkomst van vele uren praten over de kadernota. Een motie van D66 en VVD om hiervoor een afwegingskader te gebruiken werd door de gehele gemeenteraad gesteund. De motie werd ingediend omdat er ontevredenheid was over de reactie van B en W op de inbreng van de raad over de kadernota. “Ik ben gefrustreerd over B en W.”, zei Loes ten Dolle (D66). “Wij bepalen de koers. Het is ronduit asociaal dat het college niet luisterde en reageerde.”

Toekomstvisie gemeente staat centraal
In de kadernota heeft B en W wel aangegeven hoe de begroting voor de komende jaren wordt opgesteld en welke keuzes daarbij gemaakt worden. Voor de gemeenteraad was dat onvoldoende. Daarom keerden de zeven punten, die Gert-Jan te Gronde (VVD) in zijn eerste termijn had genoemd, terug in de motie. De toekomstvisie van B en W en gemeenteraad staat hierbij nog steeds centraal. Daarom moet bij projecten of uitgaven worden beoordeeld of die noodzakelijk zijn voor het realiseren van de toekomstvisie. Ook vraagt de raad te bekijken welke projecten “zonder de toekomstvisie” te schaden later uitgevoerd kunnen worden. Daarnaast kan is een criterium of de gemeente het zelf moet doen of dat een ander dat ook goed of beter kan. Een realistisch planning van de uitgaven en overwegen of de uitvoering soberder en goedkoper kan en of er extern geld voor beschikbaar is zijn eveneens criteria waar naar moet worden gekeken. Tot slot werd gevraagd bij het opstellen van een sluitende begroting als uitgangspunt te nemen dat het zonder lastenverzwaring voor burgers, bedrijven en instellingen gebeurt. B en W noemde lastenverhoging wel als mogelijkheid in de kadernota, al is het verkrijgen van meer inkomsten door extra woningbouw en realisatie van nieuwe bedrijventerreinen het streven.

Bedrijfskosten in twee jaar fors gestegen
Wim Wassink (CDA) was het somberst over het financieel perspectief van de gemeente. De kosten voor de gemeentelijke organisatie, bedrijfskosten genoemd, zijn volgens het CDA in de laatste twee jaren te veel gestegen. Van 2012 tot 2018 schommelden ze rond de 15 miljoen euro, inmiddels bedragen ze 20 miljoen. Daarom pleitte hij, gesteund door Voor Winterswijk, voor het terugdringen van deze kosten om zo meer financiële ruimte te creëren voor de lokale voorzieningen en het wegwerken van achterstallig onderhoud. Burgemeester Joris Bengevoord gaf aan dat de gestegen kosten niet alleen betrekking hebben op extra formatieplaatsen, maar ook met CAO-wijzigingen hebben te maken. Hij wees er op dat er extra taken bij zijn gekomen, zoals op het gebied van duurzaamheid en armoedebestrijding. “Spaarzaam en sober is ons uitgangspunt”, zei de burgemeester. “Wij kijken serieus naar de omvang van de organisatie.” Die nu verlagen vond hij niet verstandig. “Vanwege de onzekerheid rondom de coronacrisis weten we nog niet wat allemaal op ons af komt.” Daarom stelde hij voor in het najaar “als er meer duidelijk is” uitgebreid verder te praten over de omvang van de bedrijfsvoering. Voor Wassink was deze toezegging voldoende om de motie in te trekken.

Breder kijken naar realisatie bezoekerscentrum
In de eerste termijn van de behandeling van de kadernota waren door diverse fracties twijfels geuit over het Terra Temporalis, het bezoekerscentrum bij de Steengroeve. Zij drongen aan op bijstelling van de plannen. Wethouder Henk-Jan Tannemaat reageerde dat dit niet de taak van de gemeente was. Hij zei ook dat de initiatiefnemer luistert naar de omwonenden en bezig is de plannen aan te passen. Voor CDA en Voor Winterswijk was dit niet voldoende. Zij vroegen in een motie B en W “om van initiatiefnemer te vragen breder te kijken naar de realisatie van een bezoekerscentrum, waarbij mogelijk de verschillende functies van het bezoekerscentrum fysiek worden gesplitst door deze op meer dan één locatie te realiseren”. Die plek moet wel in het dorp liggen, bijvoorbeeld bij de museumfabriek aan de Laan van Hilbelink. Daarom was het voor de indieners ook belangrijk dat naar de effecten op de Horeca in het centrum van de verschillende plannen wordt gekeken. Tannemaat zei opnieuw dat er al aan aanpassingen wordt gewerkt en dat daarbij het in november vastgestelde ruimtelijke kader leidend is. “Wij wachten alles even rustig af.” De andere fracties in de raad waren dit met hem eens en stemden tegen de motie, die alleen de acht stemmen van CDA en Voor Winterswijk voor kreeg.