Het verdwenen bankje. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Het verdwenen bankje. Foto: Bernhard Harfsterkamp

Vanaf een verdwenen bankje

WINTERSWIJK – Terwijl ik begon te fietsen wist ik al waar ik naar toe wilde. Ik dacht aan de vele kleine beken, die in Winterswijk stromen. Een van de mooiste is de Limbeek en ik herinnerde me dat er een bankje in ’t Woold was van waaruit de beplanting langs het stroompje goed was te zien. Ter plekke bleek het bankje helaas verdwenen.

“Maar we hebben altijd de foto nog.” Ik hoor dat vaak zeggen en in dit geval was dat waar. Bijna twee jaar geleden fotografeerde ik alle bankjes langs de Oude Bocholtse Baan. Ik was toen bezig alle bankjes van Winterswijk op een kaart in te tekenen en maakte meteen foto’s. Het bankje is niet lang geleden verdwenen. De prullenbak staat er nog en misschien komt er een nieuwe, maar daar wilde ik niet op wachten. Zittend op de prullenbak kon ik de omgeving ook in me opnemen.

Voor me zag ik een akker met jonge maïsplanten met daarnaast op het eerste gezicht een houtwal. Als je beter kijkt, zie je dat het een beekje is. Dat zie je nog beter als je opstaat en tien meter loopt. Dan ben je bij de duiker, waardoor de Limbeek onder de Oude Bocholtse Baan stroomt. Het gaat niet om zomaar een duiker. Die is een eeuw geleden gemetseld en mag bestempeld worden als een monument. Het beste kun je die duiker bekijken, als je tenminste goed ter been bent, beneden bij de beek zelf. Je moet dan eerst een steil talud afdalen. Ja, de oude spoorweg ligt hier veel hoger dan de omgeving.

Vanaf de prullenbak zie je een kronkelige beplanting tussen twee hoge essen door met daarin het beekje dat richting Holthuisweg loopt. Beter gezegd: de Limbeek stroomt van daaruit richting Bekendelle, waar die uitmondt in de Boven-Slinge. De beek ontspringt in een van de grootste bossen van Winterswijk, ‘t Rot. Dit is net als een deel van de Bekendelle een bosrerservaat. Dat betekent dat er geen beheer meer wordt uitgevoerd. Bos in ’t Rot, noemde ik het vroeger. Het is vooral bijzonder vanwege de grote hoeveelheid wintereiken, die veel minder algemeen is als de zomereik.

Langs veel beken kun je een wandeling maken. Langs de Limbeek lukt dat niet. Die kun je op drie plekken zien, waar die onder een weg door stroomt, in de Bekendelle bij het bruggetje er overheen en nabij Keunenhuis, waar het beekje dicht bij de weg komt. Zelf heb ik ruim 20 jaar geleden een tocht door de bedding gemaakt. Dat was in het kader van de grote flora- en faunakartering.. Iets van de schoonheid van de beek is nabij het verdwenen bankje te ervaren. Een wandeling erdoor is onverstandig.

De Limbeek bij de duiker. Foto: Bernhard Harfsterkamp