Fietsdorp

Er zijn vele prijzen. Bijna elke dag wordt er ergens een uitgereikt aan personen, instellingen en gemeenten. De hoeveelheid prijzen is inmiddels zodanig hoog, dat de vraag gesteld kan worden hoeveel waarde ze nog hebben. Voor degene die de prijs krijgt maakt dat niet veel uit. Zelfs de onbeduidendste prijs wordt als een grootse overwinning beschouwd.
Gemeenten zien prijzen meteen als een bevestiging van goed beleid en bestuur. Organisaties die prijzen uitreiken houden daar rekening mee. Ze zorgen dat alle genomineerden met een tevreden gevoel naar huis gaan. Als je zoals de Fietsersbond gemeenten wilt onderscheiden, die er voor zorgen dat de fietser zich optimaal op zijn gemak voelt in het verkeer, dan is er niet één beste fietsstad. Er is een grootste, middelgrote, kleinste en allerkleinste beste.
Winterswijk werd de beste kleinste fietsstad. Klein zou ik ons dorp niet willen noemen, eerder middelgroot. Een gemeente wordt beoordeeld op negen factoren en dat kan tot een maximaal score van vijf leiden. Winterswijk kreeg een 4,2, wat, ik kan dat niet ontkennen, niet slecht is. Tegelijkertijd betekent het dat er nog het een en ander valt te verbeteren. Dus gemeente, leun niet tevreden achterover, maar zorg dat de fietser zich nog prettiger voelt.

Als ervaringsdeskundige doe ik daarom graag suggesties. Wat is het hoogtepunt voor een fietser in Winterswijk? Dat is de verbinding tussen de Rikker en de Markt. Overal heb je op je rijwiel voorrang, ook op de twee rotondes die gepasseerd moeten worden. Minstens drie keer per week fiets ik naar de Rikker, hoewel ik daar helemaal niet hoef te zijn. Na een klein rondje door die wijk zoef ik dan terug over die prachtige fietsverbinding en geniet.
Er zitten slechts twee lastige punten in: het bochtje bij de brug over de Whemerbeek in het Willinkplantsoen. En de oversteek van de rotonde de Peperbus naar de Meddosestraat. Gemeente, kijk daar nog eens naar. Waarom zijn er niet meer van dit soort fietsstraten, waar de fietser altijd voorrang heeft en over glad rood asfalt rijdt? Vanuit de andere kant van het spoor, zoals ik het nog steeds aanduid, vanuit de Pelkwijk en vanuit de Zuilenes zie ik graag soortgelijke verbindingen.
Een manier om het gebruik van de fiets nog meer te stimuleren is dat fietser met voorrang naar de plekken kan waar de meeste boodschappen worden gedaan. Dat gebeurt niet alleen in het winkelcentrum, maar ook in de supermarkten. Daarom zou ik, als experiment, graag een rechtstreekse fietsverbinding gerealiseerd zien tussen mijn huis en mijn favoriete supermarkt. De naam noem ik niet. Het is voldoende te zeggen dat die op de plek van een voormalige textielfabriek ligt. Van Tricot naar …. De textielroute zouden we die kunnen noemen. Gemeente, doe wat met deze suggesties en wordt daarmee de volgende keer de beste fietsstad van ons land en niet alleen van een kleine plaats.