Johan Schreurs van Lumenz Zorgdata. Foto: Rob Weeber
Johan Schreurs van Lumenz Zorgdata. Foto: Rob Weeber Foto:

'Meer bewustzijn kweken over wachttijden in de zorg'

ACHTERHOEK - Wachttijden in de zorg: voor de een is het een bron van ergernis, voor de ander een onbekend fenomeen. Sommigen ondergaan het lijdzaam en anderen wijken uit over de grens. Wachttijden zijn van alle dag en moeten sinds 1 augustus 2018 op basis van de 'Regeling Wachttijden en wachttijdbemiddeling medisch specialistische zorg' op last van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) maandelijks door de Nederlandse ziekenhuisorganisaties gerapporteerd worden.

Door Rob Weeber

"Het is terug te lezen op de website van een ziekenhuis, maar zonder vergelijking en achterliggende normering blijft het bij een koude en nietszeggende statistiek", aldus Johan Schreurs van Lumenz Zorgdata. Zijn bureau verwerkt de gegevens tot overzichten die wel iets zeggen.

Eibergenaar Johan Schreurs wil meer bewustzijn voor de wachttijd in de zorg. Iedere maand maakt hij voor enkele ziekenhuizen de wachttijdrapportage. Deze rapportage is een opstelling van zowel de eigen cijfers als die van andere ziekenhuizen in de regio. De lijst is bedoeld als managementinformatie, maar soms ook als bronrapportage voor de maandelijkse statistieken naar de NZa.

"Er zijn grote verschillen in wachtdagen per specialisatie en per ziekenhuis," aldus Schreurs. "De online rapportage is per ziekenhuis anders en daarom maak ik er voor mijn klanten een eensluidend overzicht van. Men is toch nieuwsgierig naar de prestaties van collega-ziekenhuizen. In hoeverre ze goed of slecht presteren, is niet af te lezen uit de cijfers. De oorzaak voor een verschil in wachttijd kan zeer variƫren. Afhankelijk van het soort polis bijvoorbeeld kunnen patiƫnten zelf hun specialist uitkiezen. Als dat een autoriteit op zijn of haar gebied is, dan zou dat de verklaring kunnen zijn. Ook heeft niet ieder ziekenhuis hetzelfde aanbod in specialismen. Ondanks het verschil in presentatie, is de berekening voor een wachtdag wel eender. De wachttijd voor de polikliniek bijvoorbeeld, na bezoek aan de huisarts, wordt iedere maand opgesteld. Vanaf de betreffende dag wordt vooruit gekeken naar de derde afspraak die mogelijk is. Dit zogenaamde 'derde gaatje' in de agenda van de specialist levert blijkbaar de meest betrouwbare statistiek op. Het aantal tussenliggende dagen bepaalt de statistiek. De wachttijd voor een behandeling wordt berekend aan de hand van de tijd die ligt tussen het 'ordermoment' en de uitvoering."