Het bankje aan de Esselinkhoekweg. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Het bankje aan de Esselinkhoekweg. Foto: Bernhard Harfsterkamp Foto:

Vanaf een bankje

In de Esselinkhoek

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – Elk landschap verandert. Bomen worden ouder. Er verdwijnen landschapselementen of er zijn nieuwe aangelegd. De gewassen die verbouwd worden veranderen of er verschijnt een nieuwe stal of misschien wel een zonnepark. Het landschap verandert ook periodiek dankzij de seizoenen. In de winter kan ik vanaf dit bankje over de es heen wel de Borkense Baan zien. Nu nog niet, want de maïs is nog niet geoogst.

Het bankje staat langs de Esselinkhoekweg zodat ik me in de Esselinkhoek moet bevinden. Vanaf Blok Holland, het baanwachtershuis bij de Borkense Baan, richting Winterswijk is het altijd aangenaam fietsen. Hoogteverschillen in Winterswijk zijn doorgaans niet al te groot, maar in dit gedeelte van 't Woold kun je goed merken dat de weg omlaag loopt. Je kunt zelfs even stoppen met trappen. Als je vanaf de andere kant komt, kost het enige inspanning. Soms moet er zelfs in het vlakke Winterswijk geklommen worden. Het bankje bevindt zich aan het einde van de "afdaling".

De bescheiden hoogteverschillen in het landschap zijn ontstaan in en na de derde ijstijd. Het leverde geen stuwwallen als in het Montferland op, maar wel glooiingen in het landschap. De hoogteverschillen zijn eeuwenlang versterkt door de boeren, die plaggenmest brachten op de al hoger gelegen bouwlanden. Voor me, nu onzichtbaar door het maïs, ligt zo'n es. Het is een van de grotere essen in het buitengebied. Aan het eind van de negentiende eeuw is die es kleiner geworden. Er werd een spoorbaan aangelegd naar Borken. Die moest zo recht en vlak mogelijk worden. Zodoende werd het spoor niet over de es aangelegd, maar er dwars door heen gegraven.

Wie dat wil zien moet maar eens over het spoor vanaf de bebouwde kom van Winterswijk naar het Nonneven wandelen, dat in Kotten dichtbij de Duitse grens ligt. Ik heb dat regelmatig gedaan, omdat langs de spoorbaan zoveel bijzondere planten voor kwamen. Dat is ook een van de redenen dat de Borkense Baan natuurgebied is geworden. Na een succesvolle actie van Winterswijkse natuuronderzoekers is het door de Nederlandse Spoorwegen geschonken aan het Geldersch Landschap en Natuurmonumenten. Na de spoorwegovergang in de Deunkmolenweg kan de wandelaar ervaren, dat naast de spoorbaan het bouwland oprijst. Het spoor gaat dan door de es.

De weg is genoemd naar boerderij Esselink. Als ik links van het bankje de onverharde weg neem en daarna de eerste weg links kom ik bij deze oude boerderij terecht. Als ik rechtdoor ga kom ik in het Aarnink en daarna bij Hijink uit. Het bankje staat aan de rand van een deel van 't Woold met voor Winterswijkse begrippen grote bossen. Dat is te danken aan de eigenaren van Esselink, Aarnink en Hijink, die de grote bossen koesterden. Naast boer waren ze bosbouwers en in de bossen kwamen bovendien meer dieren voor. Een aantal daarvan was interessant genoeg om op te jagen en de maaltijden gevarieerder mee te maken.

Om optimaal van het landschap hier te genieten, zal ik er op een ander tijdstip nog eens gaan zitten. Over maïs zal ik niet klagen. Ik begrijp waarom dat verbouwd wordt. Snijmaïs is goed veevoer dat lokaal wordt verbouwd. Toch hoop ik dat er in de komende decennia andere gewassen opduiken, die het landschap in de zomer minder besloten maken en die gebruikt kunnen worden als veevoer. Het gaat dan om gewassen die lager blijven en toch voldoende voedingswaarde hebben. Meer graan mag ook met na de oogst in juli een mooie groenbemester.

Dalende weg over een es. Foto: Bernhard Harfsterkamp