Het bankje nabij het Willinkplantsoen. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Het bankje nabij het Willinkplantsoen. Foto: Bernhard Harfsterkamp Foto:

Vanaf een bankje

Bij de ingang van het plantsoen

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – Naast de huidige ingang van het Willinkplantsoen staat een van de oudste bankjes van Winterswijk. Het is hier ergens in de buurt geplaatst in 1952. Het werd door de Winterswijkse Schietbond aangeboden aan de gemeente, omdat de vereniging twintig jaar bestond. Althans dat neem ik aan. Het is een van de bankjes die ik in mijn leven het vaakst ben tegen gekomen, want het staat niet ver van mijn huis. In deze omgeving liep en loop ik vaak rond.

Toch heb ik niet vaak op het bankje gezeten. Ik kwam er vooral langs. Het staat in een omgeving, die tot de meest veranderde behoort van Winterswijk. In veel bankjesverhalen heb ik gewezen op de veranderingen in de omgeving, maar het aantal was te overzien. Hier niet. Op deze plek is de schop wel heel vaak in de grond geweest. Het plantsoen dat door de textielfabrikant Willink aan de gemeenschap van Winterswijk is geschonken is er kleiner en kleiner door geworden.

Die rotonde maakt het allemaal wel wat overzichtelijker en vermoedelijk ook veiliger. In mijn jeugd moest ik hier altijd heel erg goed uitkijken, voordat ik van het einde van de Wilhelminastraat de sprong waagde naar de ingang van het plantsoen. Ik droom zelfs nog wel eens over hoe het er hier uit zag. Dat is geen nare droom, maar een mooie. Als je veilig wilde oversteken kon je dat het beste in twee keer doen. Eerst de Groenloseweg oversteken en daarna de Singelweg, die toen nog om het plantsoen heen liep en er niet dwars door. Of naar de andere kant van de Wilhelminastraat, dan het begin van de Burgemeester Bosmastraat en ook nog eens de Meddosestraat over. Als jongetje vond ik dat te omslachtig en stak ik één keer over. Gelukkig was er toen nog wat minder autoverkeer, zodat het altijd goed is gegaan.

Het bankje is grotendeels van hout en is geverfd in een kleur die ik als goudkleurig zou willen aanduiden. Een likje verf of lak zou wel eens zinvol zijn. Van dit soort bankjes zijn er als ik het me goed herinner meer geweest in Winterswijk, maar ik weet geen andere meer te staan. Het uitzicht op deze op zich netjes verzorgde rotonde is niet echt fraai. Het wordt de Peperbus genoemd, omdat er naast het oude pand van juwelier Sellink een villa heeft gestaan, die zo werd genoemd. Die was er in mijn jeugd al niet meer. Wel lag er tussen de hoek van de Meddosestraat en het Willinkplantsoen nog jarenlang een fraaie rimboe, waarin ik graag rond zwierf. Aan het eind kwam je dan bij de Whemerbeek uit op de Scholtenbrug. Willinkplantsoen, Scholtenbrug en het terrein van de voormalige Peperbus vormden toen echt nog een groene oase midden in het dorp, waar je geen verkeer zag of hoorde.

Het Willinkplantsoen was in die tijd nog twee keer zo groot. Na de ingang kon je kiezen tussen twee paden. Het rechterpad kwam langs een indrukwekkende rododendron, die zo groot was dat er onder een geweldige plek was ontstaan om je te verstoppen of om je er even met een vriend of vriendin terug te trekken voor een zoen en een knuffel. Als je weer te voorschijn wilde komen, liep je verder langs die fraaie treurbeuk die vorig jaar helaas moest worden gekapt, omdat er geen leven meer in zat. Dit bankje is een plek met veel herinneringen en verhalen, die nu niet allemaal kunnen worden verteld. Er is hier veel te zien van de textielgeschiedenis van Winterswijk. Aan de andere kant van de rotonde staat de villa die Willink ooit bouwde. In de achtertuin werd begonnen met de Tricot, die ik rechts in de verte ook zie staan. Aan de andere kant van de Groenloseweg, waar nu kantoor en woningen van de Woonplaats staan, lag nog heel lang een andere textielfabriek, die van Blijdenstein-Willink. Voor die verhalen moet ik nog maar een keer op een van de bankjes hier in de buurt gaan zitten.

De rotonde de Peperbus. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Textielgeschiedenis. Foto: Bernhard Harfsterkamp