Achterhoek

't Gif maor enen Achterhook, den Geldersen, den echten.

Het zijn mooie regels die de Winterswijkse schoolmeester B. J. Stegeman aan het begin van de vorige eeuw neerpende, met de bedoeling een volkslied voor de Achterhoek te schrijven. Iets waarin hij trouwens jammerlijk faalde. Ik heb het tenminste nog nooit horen zingen, bij welke gelegenheid ook.
Er klopt bovendien helemaal niks van, van wat Stegeman beweert. Er zijn wel degelijk meer achterhoeken in ons land. Ook met een hoofdletter geschreven.
Zelf was ik voordat ik in de Achterhoek terecht kwam (er terugkeerde, beter gezegd) een jaar of tien inwoner van …. de Achterhoek ! Nou ja, toen ik er woonde heette het dorpje Nieuw Heeten. Maar die naam is nog geen eeuw oud. De geografische driehoek tussen grofweg Holten, Raalte en Hellendoorn (grenzend dus aan onze noordelijke Achterhoek) stond voor die tijd eeuwenlang als Achterhoek op de kaart. Pas nadat er een kerk was gebouwd, waar omheen een dorpje ontstond, werd die naam veranderd. Op initiatief van de eerste pastoor, die er niets voor voelde om herder te zijn van een parochie met zo'n negatieve naam. Want ja, zo werd daar toen nog tegenaan gekeken.

Overigens over een herder gesproken, in die tijd waren daar nog diverse echte herders te vinden. De Sallandse Achterhoek bestond honderd jaar geleden namelijk nog uit een woest heidelandschap, waar bijna niemand woonde.

Waarom vertel ik dit allemaal? Om duidelijk te maken, dat niet alleen onze regio (voorheen bij voorkeur Oost-Gelderland genoemd, of de Graafschap) aanspraak kan maken op de naam Achterhoek. Er zijn in ons land veel meer gebieden (geweest), met die naam. Iets wat de Eibergse historicus Bennie te Vaarwerk overigens een tijd geleden ook al schreef. Al voor die hele domme discussie losbarstte over de vraag of Willem Sluiter nu wel of niet als naamgever van onze regio mag gelden.

Ja, ik zeg domme discussie. Heel bewust. Want laten we wel wezen, iedereen weet heus wel dat die dichter/dominee uit Eibergen het woord achter-hoek niet als naam bedoelde. En al helemaal niet als naam voor het gebied dat wij nu als (Gelderse) Achterhoek kennen. Maar het blijft een feit, dat die beroemde dichtregels (Waer iemant duisent vreugden soek, mijn vreugd is in dees' achter-hoek) dit jaar precies 350 jaar geleden werden gepubliceerd. En zoiets is gewoon een feestje waard. Mits bij alle festiviteiten de nadruk maar ligt op die oude dominee. Die toch maar mooi onze Achterhoek als een bijzondere en waardevolle landstreek op de kaart heeft gezet. En en passant die naam heeft gegeven. Al dan niet bewust.

Er zijn in het kader van het 'jubileum' de laatste maanden inderdaad een paar heel mooie dingen gebeurd. Daardoor werd het een waardig feestje. Slechts ontsierd door de opmerking van een enkele, zich zelf blijkbaar belangrijk voelende zuurpruim. Die maar bleef roepen dat Sluiter het allemaal zo niet bedoeld heeft. Alsof we dat niet al lang wisten.

Terwijl ik deze regels tik ligt Bennie te Vaarwerk, de man die het jubileumjaar als het ware 'ontdekte', in een hospice. Omdat 'alles ziene tied hef', zoals hij zelf schreef in een afscheidsblog. Bennie, ik hoop dat je dit nog leest. Bedankt voor alles wat je hebt gedaan om van 350 jaar Achterhoek (ik blijf het toch nog maar zo noemen) iets moois te maken!