Iedereen moet mee kunnen doen in Winterswijk

Meer aandacht voor preventie, bestrijding armoede en gezondheid

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – Vanaf 1 januari 2015 werden de gemeenten verantwoordelijk voor een aantal taken, waarvoor tot dan toe andere overheden verantwoordelijk waren. De transitie en transformatie van het Sociaal domein werd het wel genoemd. Of de drie decentralisaties. Het nieuwe beleid startte al in 2013 met het formuleren van de uitgangspunten voor de uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), de Jeugdwet en de Participatiewet, waaronder onder andere de armoedebestrijding en de bijstandsverlening vallen. Het beleid is nu geëvalueerd en wordt gedeeltelijk bijgesteld. Dat heeft een aantal nieuwe speerpunten opgeleverd, zoals meer inzet op het voorkomen dat mensen zorg nodig hebben.

De Post werd centrale loket voor hulpvragen
De gemeente was al wel langer verantwoordelijk voor een deel van de WMO. Voor allerlei voorzieningen als een rolstoel of een rollator kon je al bij de gemeente terecht. De begeleiding van mensen, die zorg nodig hebben, liep echter nog via de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Vanaf 1 januari 2015 werd die begeleiding, waaronder taken als huishoudelijke hulp, onderdeel van de WMO. Op die datum ging ook de Participatiewet in, een samenvoeging van de Wet Werk en Bijstand, de Wet Sociale Werkvoorziening en een deel van de Wajong, de uitkering voor jonge arbeidsongeschikten. In het najaar van 2013 werd een eerste beleidskader opgesteld voor de nieuwe taken. De Post werd het centrale loket voor mensen met een hulpvraag. In de Post werken verschillende maatschappelijke organisaties samen met de gemeente, zodat mensen snel en efficiënt kunnen worden geholpen.

Tevredenheid over de dienstverlening
In 2017 is er door een onafhankelijk bureau een evaluatie uitgevoerd van de taken in het sociaal domein. Daaruit blijkt dat de inwoners die naar de Post komen over het algemeen tevreden zijn over de dienstverlening. Gemiddeld geven ze een 7,7 als rapportcijfer. De meeste inwoners weten inmiddels dat ze naar de Post moeten als ze een vraag hebben over zorg bij ziekte en mantelzorg of over financiën. Vragen over opgroeien en opvoeding worden minder gesteld. De tevredenheid is het groots bij mensen die een positieve indicatie hebben gekregen voor tweedelijnszorg of huishoudelijke hulp. Een minderheid van de bezoekers aan de Post vindt dat ze niet goed geholpen zijn. Ze vonden dat er onvoldoende duidelijkheid was over de vervolgstappen. De organisaties die in de Post samenwerken met de gemeente zijn positief over de samenwerking.

Betere afstemming tussen Sociale Dienst en Sociaal Team
Uit de evaluatie blijkt de uitvoering van de participatiewet nog te veel los staat van de WMO en Jeugdwet. Het uitgangspunt was een integrale aanpak, samengevat in de kreet "één gezin, één plan". Wat betreft het onderdeel inkomen uit de participatiewet lukt dit nog onvoldoende. Dat komt omdat de uitvoerder hiervan, de Sociale Dienst Oost-Achterhoek (SDOA), te weinig contact met de uitvoerders van de WMO en de Jeugdwet heeft. In het nieuwe beleidskader "Meedoen in Winterswijk" voor de periode 2018 - 2022 wordt voorgesteld dat de contacten tussen de SDOA en het Sociale Team, de medewerkers binnen de gemeente die verantwoordelijk zijn voor WMO en Jeugdwet, versterkt zullen worden.

Belemmeringen wegnemen om actief te kunnen zijn
Mee kunnen doen in Winterswijk voor alle inwoners betekent dat de belemmeringen hiervoor weg genomen moeten worden. Fysieke en psychische beperkingen, onvoldoende financiële middelen en het niet hebben van een goede opleiding zijn hiervan de reden. Voor de komende vier jaar wordt daarom armoedebestrijding een belangrijk speerpunt. De gemeenteraad heeft hier al aandacht voor gevraagd en wethouder Aalderink sprak ook al de ambitie uit, dat er in 2040 niemand meer in armoede in Winterswijk mag leven. Ingezet wordt op het voorkomen van armoede op de korte en lange termijn. Ook het tegengaan van generatiearmoede (elke volgende generatie van een gezin leeft weer in armoede) krijgt aandacht. Een ander belangrijk speerpunt wordt gezondheid. Mensen in goede gezondheid zijn beter in staat mee te doen in de samenleving. Het betekent dat de aandacht daarom wordt verlegd naar het voorkomen dat mensen ziek worden. Daarvoor moet een gezonde levenswijze worden gestimuleerd.

Meer geld voor preventie
Een ander speerpunt uit het nieuwe beleidskader is betere samenwerking, bijvoorbeeld met de verenigingen. Dat is een manier om te voorkomen dat mensen hulp nodig hebben, omdat met hulp van de vrijwilligers uit de verenigingen problemen vroegtijdig worden gesignaleerd en daar dan meteen op kan worden ingespeeld. Uitgangspunt is dat er werk voor iedereen moet zijn. "Voor mensen die een steuntje in de rug nodig hebben organiseren we werkervaringsplaatsen, scholing, stageplekken, beschutte werkplekken en garantiebanen." Vrijwilligerswerk is ook een mogelijkheid om mee te doen in de Winterswijkse samenleving. Het bestrijden van laaggeletterdheid, het niet kunnen lezen en schrijven, zal ook actiever worden aangepakt. Een laatste speerpunt gaat over wonen. Het woningaanbod moet toekomstbestendig te zijn. Dat betekent dat de woningvoorraad moet passen bij de bevolkingssamenstelling in de toekomst. De tendens is dat Winterswijk de komende jaren verder zal vergrijzen. Omdat het voorkomen van zorg meer aandacht krijgt, wordt voorgesteld 100.000 euro per jaar extra uit te trekken voor het beter vorm geven van preventie in 2018, 2019 en 2020.