Plannen voor één woning worden voortaan meteen goedgekeurd. Foto: Bernhard Harsfterkamp
Plannen voor één woning worden voortaan meteen goedgekeurd. Foto: Bernhard Harsfterkamp

Winterswijk gebruikt eigen afwegingskader voor beoordeling bouwplannen

WINTERSWIJK - In de Regio Achterhoek zijn afspraken gemaakt over het aantal te bouwen woningen in de periode 2015 – 2025. Vanwege de verwachte krimp van de bevolking in de komende jaren was het aantal nieuw te bouwen woningen voor elke gemeente minder. Omdat er al wel te veel plannen voor woningbouw waren moesten die opnieuw beoordeeld worden. Afgesproken werd dit te doen aan de hand van een stoplichtenmodel, waarbij de bestaande plannen een groene (doorgaan), oranje (onder voorwaarden doorgaan) of rode (stoppen) kleur kregen. De gemeente Winterswijk heeft dit nooit uitgevoerd en komt nu met eigen afwegingskader. Daarin wordt voorgesteld in principe altijd mee te werken aan plannen voor één of twee woningen.

Door Bernhard Harfsterkamp

In het afwegingskader dat voluit "Volkshuisvestelijk afwegingskader woningbouw Winterswijk" heet worden woningbouwplannen puur vanuit de volkshuisvesting beoordeeld. Een positief oordeel wil niet altijd zeggen dat er ook daadwerkelijk gebouwd kan worden. Er vindt daarna immers ook nog een brede ruimtelijke afweging plaats. Dat kan tot een besluit leiden om toch niet mee te werken aan de bouw, omdat de woning op een plek verschijnt die bijvoorbeeld om ruimtelijke of ecologische reden ongewenst is. Deze ruimtelijk afweging vindt ook plaats voor de plannen voor één of twee woningen, waartegen met het vaststellen van het kader al ja is gezegd. Burgemeester en wethouders verwachten dat deze kleine bouwprojecten "nauwelijks negatieve effecten hebben op de druk van de woningmarkt en de kwaliteit van de omgeving".

Zes criteria
Bij grotere bouwplannen wordt beoordeeld of deze passen bij de ambities van de gemeente. Hierbij wordt met zes criteria gewerkt om te bekijken of een plan sterk, zwak of gemiddeld is. De criteria hebben betrekking op vragen als voegt het plan iets toe aan de woningbehoefte, draagt het bij aan levensloopbestendig bouwen, heeft het invloed op verduurzaming van de bebouwde omgeving, gaat het om herbestemming of onttrekking van leegstaand vastgoed, is het een plan voor bestaand bebouwd gebied en gaat het om onttrekking van incourante woningen (woningen waarvoor weinig kopers meer worden verwacht). Een plan moet op minstens drie van de criteria als sterk scoren om een positieve beoordeling te krijgen. Daarna zal bekeken worden of dat plan past binnen de kwantitatieve woningbehoefte. Die behoefte is voor Winterswijk in beeld gebracht in het onlangs gepresenteerde Achterhoekse woonwensen en leefbaarheidsonderzoek (AWLO). Een initiatiefnemer krijgt drie jaar de tijd om een plan uit te voeren.

Winterswijks antwoord op
stoplichtenmodel
De woningbouwcijfers uit dat AWLO pakken voor Winterswijk gunstiger uit dan de aantallen die tot nu toe worden gebruikt in de gezamenlijk vastgestelde Regionale woonagenda. Omdat B en W verwacht dat de nieuwe cijfers zullen worden verwerkt in een nieuwe woonagenda, wil de gemeente deze cijfers al als uitgangspunt nemen voor het woningbouwbeleid. Het Volkshuisvestelijk afwegingskader is tevens het antwoord van Winterswijk op het stoplichtenmodel. Ben W vindt dat dit kader volledig past in de lijn waar de regio naar toe wil. Toch wordt er rekening mee gehouden dat het niet invoeren van het stoplichtmodel "de regionale samenwerking enigszins onder druk kan zetten". Over het kader heeft ook al vooroverleg met de provincie plaats gevonden. Daaruit bleek dat er draagvlak hiervoor is bij de provincie, hoewel dit nog niet schriftelijk is bevestigd.