Het bankje bij de zuidelijkste groene grensovergang. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Het bankje bij de zuidelijkste groene grensovergang. Foto: Bernhard Harfsterkamp Foto:

Vanaf een bankje

Bij een groene grens

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – De grens is ook dit keer niet ver weg van het bankje, waarop ik ben gaan zitten. Als ik naar links kijk zie ik de zuidelijkste groene grensovergang van Winterswijk liggen. Wie hier Duitsland in fietst of wandelt, auto's mogen geen gebruik maken van de grensovergang, bevindt zich in de gemeente Rhede, een van de zes Duitse gemeenten die aan Winterswijk grenst. De weg leidt naar het Burloer-Vardingholter Venn, dat één groot geheel vormt met het Wooldseveen.

Het is niets eens zo heel lang geleden dat je de groene grenzen niet mocht passeren. In de jaren zeventig was ik lid van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie (NJN). Een van de meest bezochte excursiedoelen was het Zwillbroekse veen. Wij namen dan de kortste weg. Even voor de gemeentegrens met toen nog Eibergen namen we het paadje rechts waardoor je vrijwel meteen in het veen kwam. Een enkele keer stond ons daar een douaneman op te wachten. Die stuurde ons dan terug. Als we naar het veen wilden, moesten we over de officiële grensovergang bij Zwillbroek gaan en omfietsen. Wij vonden dat nogal flauw.
Bij deze overgang in het Achterwoold ging ik met de NJN in 1977 ook de groene grens over. Ik leidde een excursie die naar dat Burloer-Vardingholter Venn zou gaan. We kwamen er niet aan. Hoogstens 50 meter zijn we Duitsland in gefietst. Opeens kwam met een hoge snelheid een Volkswagenbusje op ons afstuiven. Op het moment dat ze bij ons waren werd de zijdeur open geschoven en kwamen er militairen te voorschijn die hun wapens op ons richtten. Wat we van plan waren? In mijn beste Duits legde ik uit dat we Duitse natuur wilden verkennen. Na zo'n overtuigend antwoord verwacht je, dat je verder mag. Maar nee, we werden terug gestuurd.
Terug in Nederland op de plek waar ik nu op het bankje zit stond ons al een Nederlandse douanier op te wachten. Ook hij sprak ons bestraffend toe. Daarna zijn we eerst maar koffie gaan drinken in de Harmienehoeve, waarna we een Nederlands natuurgebied opzochten. De reden van al dat overspannen gedoe waren de activiteiten van de Rote Armee Fraktion. Die hadden een industrieel ontvoerd. Omdat de plek waar hij verborgen werd gehouden misschien in ons land lag werden overal grenzen in de gaten gehouden. Misschien begrijpelijk, maar dat de ontvoerders daarbij de groene grens in 't Woold zouden passeren lijkt me nog steeds onwaarschijnlijk.
Gelukkig worden deze grenzen al jarenlang niet meer bewaakt en kan ik tegenwoordig zonder problemen naar het Duitse deel van het veen fietsen. Bij deze grens zijn nu ook voorzieningen om bij elk soort weer bij te komen van een fietstocht. Als het regent of als de zon te fel schijnt is er aan de Duitse kant een mooie schuilhut. En anders kun je gewoon op een van de bankjes in de open lucht zitten. Rechts in de verte zie ik de laatste boerderij voor de grens. Totdat het Wooldseveen te nat werd kwam je daar uit,als je had pad in het veen volgde dat over de grens liep. Het was een kwestie van de grensstenen volgen en dan rechts afbuigen richting Grensweg.
Wie de grens niet wil passeren kan overigens de zandweg naar rechts volgen. Die loopt langs de bossen in de Kulverheide, het voormalige heidegebied in de zuidpunt van Winterswijk. Toen de heidevelden hier werden ontgonnen werd er vooral naaldbos aangeplant, maar er zijn ook stukjes loofbos te vinden. Die Kulverheide is een van de rustigste delen van het buitengebied. Wie daar gaat wandelen zal zelden een andere wandelaar tegen komen.

De groene grens met de weg waar militairen op me af kamen. Foto: Bernhard Harfsterkamp
De schuilhut aan de Duitse kant. Foto: Bernhard Harfsterkamp