Het enige bankje in Bekendelle. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Het enige bankje in Bekendelle. Foto: Bernhard Harfsterkamp Foto:

Vanaf een bankje

In de Bekendelle

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – Het waardevolle cultuurlandschap Winterswijk wordt vooral gekenmerkt door kleinschaligheid. Grote bossen zoals op de Veluwe komen er niet voor. Voor Winterswijkse begrippen is de Bekendelle samen met het aansluitende bos aan de overkant van de Brinkeweg een van de grotere bossen. Daar kun je een lange wandeling over allerlei bospaden maken. Onderweg zul je daarbij maar één bankje tegen komen, dat bij de stenen brug in de Klandermansweg.

Er zijn wel natuurlijke zitplaatsen in het gebied. Er liggen hier en daar omgevallen bomen over de Boven-Slinge, waarop je goed kunt zitten. Even de tijd nemen op één plek en rustig de natuur observeren is in elk bos of natuurgebied raadzaam, want dan zie je meer. In de Bekendelle is dan de kans groter dat je een van de ijsvogels, die op verschillende plekken in de hoge oever broedholen hebben, te zien krijgt.

Een mooie zitplaats is het zogenaamde heuveltje van Thijsse. Het ligt nu op de lage oever met al die oude beekarmen. Het heuveltje is echter een restant van de hoge oever en zat aan de huidige hoge oever vast. De beek stroomde er ooit links langs en niet aan de rechterkant zoals nu. Hein Schimmel, een bekende bioloog die het boek Ontdek de Achterhoek schreef, vertelde tijdens excursies hier dat Jac P. Thijsse op het heuveltje met drie taxussen zijn boterhammen opat. Hij zou dat in een artikel voor de Groene Amsterdammer geschreven hebben. Thijsse was de man die natuurstudie in ons land populair maakte, onder andere met de Verkadealbums. Ook was hij de oprichter van Natuurmonumenten. Dat artikel heb ik proberen te vinden, het bleek er niet te zijn. Schimmel had het verzonnen. Toch kan ik me goed voorstellen dat de natuuronderzoeker daar heeft gezeten, want dat hij in Bekendelle is geweest is wel zeker.

Het water in de beek is inmiddels weer gezakt. Eerder in de week was het bankje alleen maar bereikbaar geweest met laarzen aan. De Boven-Slinge was buiten de oevers getreden en stroomde over de Klandermansweg heen naar de lage oever. Waar het water overal is geweest is nu nog overal te zien, want daar ligt vers zand. Het maakt maar weer eens duidelijk hoeveel zand er meegevoerd wordt bij hoog water. In de winter is het gebruikelijk dat de Boven-Slinge in de Bekendelle en op enkele andere plekken buiten de oever treedt. Mijn indruk is dat het de laatste jaren wel vaker gebeurt. Niet alleen in de winter, maar ook een enkele keer in de zomer. In de beek zelf stond het water tot aan de rand van de stenen brug tegenover me.

Op dit bankje heb ik vaker gezeten. Zo'n vijftien jaar geleden heb ik er een pamflet geschreven, dat enig rumoer heeft opgeleverd. Het ging over maatregelen die in Bekendelle genomen waren om de wandelaar alleen nog over een beperkt aantal paden te laten gaan. Tegen geleiding van recreanten en het ontzien van kwetsbare plekken ben ik niet, maar dat gedeelten werden afgesloten met prikkeldraad stuitte me tegen de borst. In een pamflet overdrijf je de woede, want dat hoort er bij. Ook zaten er ironische en misschien wel sarcastische opmerkingen in, die niet iedereen herkende als humor. Mijn oproep om bij een volgend bezoek een nijptang mee te nemen om prikkeldraad door te knippen werd letterlijk genomen. Daarom moest ik op het politiebureau verschijnen, omdat er aangifte tegen me was gedaan wegens onruststokerij. De agent verzocht me een volgende keer voorzichtiger te zijn met zulke uitspraken. Nu ik hier weer zit moet ik glimlachen over de kwestie. Van dat prikkeldraad is weinig meer zichtbaar. Als het er nog is, is het overwoekerd door planten.

Vers afgezet zand op de oevers van de Boven-Slinge. Foto: Bernhard Harfsterkamp
Voor me de beek en stenen brug. Foto: Bernhard Harfsterkamp