Chef muizenvanger

Lang vond ik het best gezellig in ons huis, als er een huismuis voorbij kwam trippelen. Vooral de kleinere exemplaren zijn schattig. Ik vond het altijd bijzonder om te zien hoe ze tegen de muren opliepen om dan vervolgens het poppenhuis te bereiken dat op het muurtje van de opkamer staat. Daar scharrelden ze dan een tijdje rond, waarna ze weer de kamer in kwamen en voor mijn voeten langs naar een van de talloze plekken gingen waar ze in hun schuilplaatsen verdwenen.

Een af en toe voorbij komende muis is geen probleem. Als het er tientallen in kamer en keuken worden, als ze overal in de keukenkastjes opduiken, als ze het omslag van mijn favoriete klassieke roman De Toverberg van Thomas Mann half wegknagen, als ze elke nacht de brokken uit de hondenvoerbak halen en die overal verstoppen …. Redenen genoeg om in te grijpen. Omdat ik een zachtzinnig mens ben koos ik voor een zachte aanpak. Allereerst maakte ik zoveel mogelijk gaten, die ik bij de vloer en wanden kon ontdekken dicht. Zo dacht ik de hoofdtransportweg van zolder naar de huiskamer af te sluiten.

Ten tweede zette ik life traps. Die werkten aanvankelijk goed. Regelmatig kon ik een muis naar het bos brengen. Maar net als mensen zijn muizen lerende wezens. Ze leerden hoe ze het lokvoer uit de val konden halen, zonder dat die dicht klapte. Als dat toch eens gebeurde bleven ze niet meer rustig wachten totdat ik ze kwam bevrijden. Ze schudden en rommelden net zo lang, totdat ze weer naar hun muurgaatje konden verdwijnen. Ik wist dat omdat ik de lifetrap altijd op een totaal andere plek terug vond. Er waren zelfs muizen die een gat knaagden in het harde plastic, zodat de val definitief onbruikbaar was geworden.

Gelaten accepteerde ik mijn nederlaag. Ik probeerde er nog wel eens een achter de snijplank op het aanrecht te pletten of probeerde ze met een plank dood te slaan. Tevergeefs. Na enige weken besefte ik dat er meer moest gebeuren. Ik kocht bij de landbouwbond vier van die ouderwetse klapvallen. Toch bleven die nog zes weken ongebruikt liggen, want ik bleef aarzelen over een harde aanpak. Totdat ik deze week 's morgens mijn schoenen aantrok. Dat voelde niet goed aan. Wat bleek? Het wegzetten van de bak hondenvoer was die nacht vergeten. Daardoor kon een ijverige huismuis op de gedachte komen dat mijn schoenen een mooie opslagplek waren. Toen had ik er definitief genoeg van.

Het lukte mij echter niet om de klapval te spannen. Mijn huisgenoot, die al langer voor hard ingrijpen pleitte, aanschouwde mijn gepruts met afgrijzen. Ze greep in en ontsloeg mij als muizenvanger. Ze benoemde zich zelf tot chef muizenvanger. Ze liet zich instrueren door schoonzoon Nico, waardoor zij wel de vallen kon spannen. Zaterdagnacht werden de vallen de eerste keer gezet en ondervonden vier muizen dat er een nieuw tijdperk is aangebroken. Ik heb er vrede mee, want ik voer het nieuwe beleid niet uit. Ik tolereer dit schrikbewind slechts. "Aan mij heeft het niet gelegen", fluister ik tegen die enkele muis die ik nog levend zie.