'Als je 's ochtends niets eet, heb je daar de hele dag last van'
Bengevoord en Aalderink ontbijten met leerlingen van AZC-school
Door Bart Kraan
WINTERSWIJK – Ze zijn niet zo van het toekijken en pakken graag zelf aan, burgemeester Joris Bengevoord en wethouder Wim Aalderink die vrijdag de AZC-school hebben bezocht in het kader van het nationaal schoolontbijt om de aandacht te vestigen op het belang van goed ontbijten. En dus nemen ze, nadat stagiaire Myrthe Bentsink met 'haar' AZC-leerlingen de dagen van de week en de maanden van het jaar heeft geoefend, zelf het mes ter hand om bij de tafel in het midden van het lokaal broodjes te smeren.
Ook schenken ze de kinderen iets te drinken in. Die gaan vervolgens rustig op hun eigen plek zitten om hun ontbijt op te eten. Bengevoord en Aalderink zorgen er vervolgens voor dat de kinderen ook genoeg te eten krijgen. "Moeten er nog broodjes worden opgemaakt?", vraagt Aalderink om dan de daad bij het woord te voegen. Waarna Bengevoord de kinderen langsgaat om te vragen of ze nog jam willen. Leerkracht Kees Weiland kijkt goedkeurend toe. "Wij kunnen wel naar de kroeg", zegt hij glimlachend tegen zijn stagiaire.
Temar uit Irak, die net twee maanden in Nederland is, laat zich zijn broodje met jam goed smaken. ''Deze jam vind ik lekker'', zegt hij in heel behoorlijk Engels. "In Irak at ik ook wel jam, maar die is heel anders. De jam hier vind ik veel lekkerder." Lina, eveneens afkomstig uit Irak, doet zich te goed aan een broodje met kaas en komkommer en een gesneden appel. "Heel lekker", zegt ze.
Dat de kinderen die de AZC-school bezoeken, onbijten, is eerder uitzondering dan regel. "Of ze ontbijten, is moeilijk te achterhalen", zegt Weiland. "Want ze spreken nog amper Nederlands. Ik ga er niet vanuit dat ze regelmatig ontbijten. Maar dat geldt ook voor heel veel Nederlandse kinderen. We hebben iedere dag twee pauzes van vijftien minuten, voordat de kinderen naar buiten gaan, eten ze iets, vaak een soort pannenkoek met suiker of iets anders en fruit. Ze nemen wel altijd iets mee, maar ontbijten, denken we, niet. Dat zullen ze thuis niet gewend zijn."
Ook Jolande Mekking, die op de AZC-school de jongste leerlingen onder haar hoede heeft, merkt dat veel van haar leerlingen 's ochtends niets te eten krijgen. "Ik heb het net gevraagd. Vier van de vijftien kinderen hadden vanochtend gegeten, de andere niet, terwijl ze niet wisten dat we vandaag in de klas zouden gaan ontbijten." Ook Mekking gaat ervan uit dat ontbijten niet echt bij de cultuur van de meeste kinderen past. "Maar zij en hun ouders weten wel dat het beter is om 's ochtends iets te eten. Tijdens hun intake bij het COA worden ze op de hoogte gebracht van de regels en gewoonten in Nederland en weten ze dat er hier ontbeten wordt."
Dat veel van haar leerlingen niets te eten krijgen voordat ze naar school gaan, merkt Mekking terdege. Want bij de eerste pauze, om 10.00 uur, weten de kinderen niet hoe snel ze hun meegebrachte eten moeten nuttigen. "Dan hebben ze echt honger en kun je ook wel merken dat hun concentratie minder wordt", aldus Mekking, die wel zeker weet dat de kinderen tijdens de eerste pauze niets te kort komen. "Ze krijgen genoeg mee."
Bengevoord en Aalderink worden ook door de jongste leerlingen enthousiast ontvangen, onder meer met high fives. De burgemeester neemt ongedwongen plaats aan het hoofd van de tafel en kijkt even toe hoe de kinderen zich tegoed doen aan de broodjes, het beleg en het fruit. Ook hen geeft hij aan hoe waardevol een goed ontbijt is. "Als je 's ochtends niets eet, heb je daar de hele dag last van. Een ontbijt is een goed begin van de dag."
In tegenstelling tot voorgaande keren, vindt dit schoolontbijt daadwerkelijk op school plaats en dus niet in een zaal van het gemeentekantoor zoals de voorgaande keren. "De voorgaande keren was er maar een klas bij", aldus Bengevoord. "De AZC-school vond het gezellig om te ontbijten met alle zestig leerlingen. Dat kun je beter hier dan op het gemeentekantoor doen. Dit is ook wel zo leuk."
"Anders zouden de leerlingen eerst van het AZC met busjes naar school moeten", zo haakt Aalderink in. "En dan zouden van school naar het gemeentekantoor moeten en na het ontbijt weer terug. Dat is veel te lastig, dit is veel beter."