Tonnie Theissen, ook handig achter de naaimachine. Foto: Daniel Hoitink Fotografie
Tonnie Theissen, ook handig achter de naaimachine. Foto: Daniel Hoitink Fotografie Foto:

Tonnie Theissen: 25 jaar ambachtsman

WINTERSWIJK - Tonnie Theissen was meubelmaker toen hem in 1992 werd gevraagd een houten autostuur en de houten spaakwielen te repareren. Het was het begin van 25 jaar dienstverband bij Huiskamp Carrosseriefabriek. Het houtwerk van de oude Chevrolet werd met zo veel vakmanschap opgeknapt, dat de Winterswijkse rouwautofabrikant hem een baan als autostoffeerder aanbood. Een kans die hij met beide handen aangreep.

Mooie dingen maken
"Ik wilde mooie dingen met mijn handen maken, maar toen ik de meubelmakersopleiding had afgerond, was er niet veel handwerk meer over", zegt de ambachtsman weemoedig. Hij begon bij een woninginrichter in Groenlo waar nog kleinmeubelen zoals dekenkistjes werden gemaakt. Hij deed het snijwerk in de kussenpanelen, maar ook voor het knippen en naaien van gordijnen werd hij veelvuldig ingezet. "Daarom ben ik nu zo goed met een naaimachine", vertelt hij.

Samen een auto bouwen
Tonnie en zijn drie collega's voorzien autodaken van vinyl, bekleden kistvloeren, kasten, hemels en wanden met stof, kunstleer, linoleum, formica en pvc en maken gordijnen; zowel de elektrische rolvarianten als de authentiek geplooide exemplaren. Tonnie: "Ons team kleedt de auto's aan die onze collega's in de fabriek bouwen. Als je het totaalplaatje met jouw aandeel erin de fabriek ziet verlaten, dan geeft dat veel voldoening." Toen Tonnie begon, nog aan de Goudvinkenstraat, was het team kleiner dan de veertig man die er nu aan het Technopark rondloopt. Tonnie: "Met ons ploegje van toen, maar ook met klanten die al jarenlang bij ons zijn, hebben we door de jaren heen best wat meegemaakt. Dat zorgt wel voor een hechte band. Sommige collega's ken ik al 25 jaar en heb ik menig bedrijfsfeestje mee doorgetrokken. Omdat het bedrijf groeit verandert dat hechte gevoel wel, maar we hebben nog steeds een heel mooi team."

Handwerk in de vingers
Als we hem vragen naar het mooiste werk in de fabriek, zegt hij volmondig: "Gordijnen. Die liggen me gewoon. Zeker die oude geplooide, zoals die imposante rode Cadillac uit 1948 of de Mercedes 500 SEL die we jaren geleden van sedan naar lijkwagen hebben omgebouwd. Dat soort projecten blijven me altijd bij. Hoewel steeds meer dingen gestandaardiseerd worden, kunnen we dat handwerk hier nog gewoon."

'Wij kleden de auto's aan'

Knikkend naar een markante oude Daimler in de hal vervolgt hij trots: "De plooigordijnen van deze auto heb ik 20 jaar geleden gemaakt. Nu de oldtimer een opfrisbeurt krijgt, mag ik ze weer opnieuw maken, gewoon op de ouderwetse manier. Prachtig." Na een korte denkpauze vervolgt hij: "En vinyldaken… die doe ik het meest, dus daar heb ik een enorme handigheid in. Bij een nieuw rouwautomodel kan ik zo een mal van het dak met zij- en tussenstukken maken en zijn we met een halve dag klaar."

De laatste rit
Ook de omgeving van Tonnie is in de afgelopen 25 jaar met het bedrijf verweven geraakt. "Regelmatig riepen mijn kinderen enthousiast: 'Kijk, een Huiskamp-auto!', als ze een lijkwagen zagen. Daar zijn ze gewoon mee opgegroeid. Vroeger moest ik bij verjaardagen nog vaak uitleggen dat het allemaal niet zo erg is, maar inmiddels weten de mensen om me heen wel wat ik doe. Nu sturen ze steevast foto's van rouwauto's met de vraag of het er een van ons is. Dat is bijzonder, in welk vak zie je dat nu nog? Het is respectvol werk dat we doen, daar houd je op de werkplek ook rekening mee. Je weet dat je de auto die je bouwt vandaag of morgen ook in een andere situatie kan tegenkomen. Het moet daarom allemaal perfect en netjes zijn, ook de dingen die je niet ziet."

Nieuwe stoffeerders
"Volgend jaar ben ik 66. Ik heb acht kleinkinderen waar ik van wil genieten. Ik ga daarom denk ik wel gebruik maken van mijn pensioen." Als we hem vragen naar het talent dat zijn opvolger moet hebben, antwoord hij: "Het moet iemand zijn die goed met zijn of haar handen is en flink wil aanpakken. Iemand die niet denkt dat iets niet kan, maar het gewoon probeert. Dat pit en die handigheid is in dit vak veel belangrijker dan een opleiding. Ik doe het altijd voor, laat ze meekijken en dan moeten ze het zelf op hun eigen manier doen. Dan haal je het creatieve in de mens naar boven. Als mensen het dan één op één gaan nadoen, dan zit het er gewoon niet in. Dus als iemand goed is met de handen, graag wil werken en initiatief wil nemen om dingen te proberen, dan moeten ze zich gewoon even melden bij de receptie!"