Vijftig keer in touw als lid van bouwploeg Kamp Wenters

WINTERSWIJK – Dinsdag 7 mei, rond 15.00 uur. Aan de Laan van Hilbelink bij de familie Te Brummelstroete staat een aanhangwagen klaar om beladen te worden. Een koelkast staat er al op. Dan komen twee mannen naar buiten met kunststof kratten met materiaal. "Die moeten er naast, de lege onderop, en daarop die andere. Dan blijft het mooi staan", zo spreekt de man met ervaring: Wim Jurriëns, de man die voor de vijftigste keer meegaat om te helpen bij de opbouw van Kamp Wenters op Vlieland. Samen met Henny te Brummelstroete pakt hij de aanhangwagen in. Op woensdag 8 mei om 05.00 uur gaat de opbouwploeg op pad.

Door Lydia ter Welle

Onder het genot van een kopje thee in huize Te Brummelstroete praten we even bij. Wim Jurriëns was nog leerkracht toen hij 'ingelijfd' werd als lid van de opbouwploeg van Kamp Wenters. Dat is het schoolkamp op camping Stortemelk op Vlieland voor achtstegroepers van het openbaar onderwijs in Winterswijk, dat dit jaar voor de 72ste keer plaatsvindt. De leerlingen worden begeleid door leerkrachten tijdens de reis van acht dagen, met vertrek op vrijdagmorgen om 08.00 uur, terug een week later op vrijdagavond tegen 18.00 uur. De leerlingen verblijven in een tentenkamp, dat traditiegetrouw zo rond Moederdag wordt opgebouwd door de bouwploeg, een groep van negen vrijwilligers. Nadat de laatst groep vijf weken later weer naar huis is, wordt het kamp weer afgebroken door de vrijwilligers van de afbraakploeg.

'Weekje ziek'
Wim Jurriëns (74) bouwt al voor de vijftigste keer mee. "In de begintijd waren er ook vaak leerkrachten bij de opbouw betrokken. Ik kreeg als leerkracht in die tijd ook gewoon een week vrij om te helpen met opbouwen. Toen ik een keer aan het hoofd van de school waar ik toen werkte vroeg, hoe hij dat regelde, zei hij: "Och we melden je gewoon voor een weekje ziek …!", lacht de oud-onderwijzer. Sinds zijn pensionering gaat Jurriëns ook al weer zo'n jaar of twaalf mee als lid van de afbraakploeg.

'Ik kreeg als leerkracht in die tijd ook gewoon een week vrij om te helpen met opbouwen'

Tenten opzetten
In de loop der jaren zijn er dingen veranderd, maar nog steeds bestaat de taak uit het opbouwen van de slaaptenten, vijftien of zestien, en het opzetten van de bagagetent, en de grote tent waar activiteiten kunnen plaatsvinden bij slecht weer. "En de keukentent zetten we ook op. Die is een jaar of wat geleden flink vernieuwd. Die bestaat nu uit twee verbouwde aanhangers, met een frame ertussen en daarover heen tentdoek. Maar dat is wel even wat anders dan de keukentent van vroeger! In het begin was er ook nog geen groepstent. Toen zat je buiten te eten in de kring rond de vlaggenmast, óf als het slecht weer was, in groepjes in de slaaptenten." Er kwam toen eerst een oude legertent, die later werd vervangen door de groepstent, die de naam De Deale kreeg.

Opslag op Vlieland
De tenten, de matrassen en veel van het overige materiaal worden opgeslagen op Vlieland. "We geven altijd door wanneer we komen om op te bouwen en dan staat het op die dag voor ons klaar op het speciaal voor Kamp Wenters afgezette deel van camping Stortemelk, op een stuk of vier platte wagens. En dan gaan we zo snel mogelijk aan de slag. Om te zorgen dat we kunnen slapen en eten, en in geval van minder goed weer, alles zo snel mogelijk droog kunnen opbergen. Het kamp naar behoren opbouwen, kleine reparaties, alle spullen schoonmaken en alles inrichten. Daar zijn we echt de hele tijd wel druk mee."

Gezellig clubje
Wim Jurriëns, en Henny te Brummelstroete, ook al zo'n 35 jaar lid van de bouwploeg – "Hij kreeg ook wel vrij, vroeger, want hij werkte net als wij, onderwijzers, bij de gemeente", lacht Jurriëns – vertellen met duidelijk plezier over hun jaarlijkse reisje voor het opbouwen. "Eerst was dat maar een week, maar daar hebben we een jaar of wat geleden anderhalve week van gemaakt. We hebben een gezellige club bij elkaar, van een man en vrouw of negen. Dat werkt prima." En dat 'gezellige clubje' hoopt dat Wim Jurriëns nog vele jaren deel blijft uitmaken van de club.