Afbeelding

Verrassende uitkomst historisch-geografisch onderzoek

Algemeen

Eerst grachten, daarna een dorp

WINTERSWIJK- Op 24 januari wordt er in de Museumfabriek aan de Laan van Hilbelink een lezing gegeven over het ontstaan van de dorpskern in Winterswijk. De lezing wordt gehouden door Ir. Luuk Keunen, die in opdracht van de gemeente Winterswijk vanuit de invalshoek van de historische geografie zijn licht deed schijnen op al de ideeën, die er op grond van archeologisch onderzoek al circuleren. Hij kwam tot verrassende ontdekkingen, waarin het bisdom Münster een rol speelt.
Achterhoek Nieuws ging bij hem op bezoek om eens te horen hoe hij te werk is gegaan. De meest verrassende ontdekking bewaren we voor de lezing zelf, maar we mogen alvast wel verklappen, dat er verscheidene grachten hebben bestaan in het gebied, dat nu de dorpskern vormt.

Door onze verslaggever

Volgens Keunen is de historisch geograaf op zoek naar de geschiedenis van het landschap. "Aan de ene kant vormt de mens het landschap, maar aan de andere kant zijn het de mogelijkheden van de bodem, die de ontwikkelingsrichting bepalen. In de omgeving van de Whemerbeek waren zeer aantrekkelijke vestigingsplekken te vinden. De meest extreme overgangen van hoge zandruggen naar het relatief lage beekdal. Hoog en droog wonen en goede vruchtbare akkergrond naast een bruikbaar beekdal."

Waarom gaf de gemeente de opdracht en hoe bent u te werk gegaan?
Keunen: "Dat moeten we in de context plaatsen van eerder gedaan archeologisch onderzoek. Vaak kwam men daarbij stukken gracht tegen. Sommige waren 6 meter breed, andere wel tot 20 meter breed. Er zijn ideeën ontstaan over hoe de stukjes met elkaar in verbinding stonden, en hoe het systeem in elkaar zat. Meestal is het zo dat er om een stad grachten werden aangelegd ter verdediging. Winterswijk is geen stad. Bij Winterswijk is het omgekeerd: eerst waren er grachten en later is daarbinnen en ook daarbuiten een dorpskern ontstaan. De grachten functioneerden als afbakening van wat er vóór het dorp al was en gaven ook wel de status van de plek weer."

Werkwijze
De archeoloog gaat de grond in, hij graaft letterlijk; zijn instrument is de schep. De historisch geograaf graaft in archieven, kaarten en andere documenten; zijn instrument is de bril. Keunen: "Wat zeggen geschreven bronnen over het landschap? Dan moet je gaan interpreteren. Soms kan het zijn dat ergens beschreven staat dat een perceel aan de achterkant begrensd werd door de gracht. Een belangrijke bron, waarvan Keunen dankbaar gebruik heeft gemaakt, is eerder gepubliceerd werk van drs. J.B. te Voortwis. De leraar klassieke talen had Winterswijkse voorouders.
Over de periode van de zestiende tot de negentiende eeuw heeft te Voortwis veel percelen met huiseigenaren kunnen optekenen en lokaliseren, wat een zee aan waardevolle informatie heeft opgeleverd voor Keunen.

Puzzelstukjes bij elkaar gelegd
Om het gras niet voor de voeten weg te maaien van Keunen wat betreft zijn eigen lezing, kunnen we nog niet verklappen wat er precies binnen het grachtenstelsel heeft gelegen en hoe Winterswijk er op dat moment uitzag. Zeker is wel dat zijn bevindingen de ontwikkeling van het dorp Winterswijk duidelijk maken. De opkomende burgerij, de agrarische activiteit en het bisdom Münster hebben daarin een rol gespeeld. Mede door het resultaat van het uitgevoerde historisch-geografisch onderzoek heeft men ook concreet gericht 'archeologisch' gegraven in de Bossesteeg en met succes. De theorie werd bevestigd: ook daar is een stuk gracht gevonden.
Keunen kan er prachtig over vertellen: Kanunniken, scholten, horigen, boeren, beekprofielen, rekeningen, processen, komen voorbij en zelfs de kasteelheer van 'De Plekenpol' speelt nog een rol. En dat allemaal grofweg in de periode tussen 1000 en 1650.

Lezing
Voor nieuwsgierigen: De lezing vindt plaats in de Museumfabriek, Laan van Hilbelink 6.10 in Winterswijk, aanvang 20.00 uur. Entree bedraagt voor leden van Vereniging Het Museum 3 euro en voor niet-leden 5 euro. Luuk Keunen is als historisch geograaf verbonden aan het advies- en onderzoeksbureau voor archeologische monumentenzorg en cultuurhistorie RAAP. Daarnaast is hij lid van de Adviescommissie Cultuurhistorie Winterswijk.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant