Rommelmarkt brengt twintig procent meer op dan vorig jaar

WINTERSWIJK – De rommelmarkt die FC Winterswijk afgelopen zaterdag rond het clubhuis op sportpark Jaspers heeft gehouden, is naar volle tevredenheid van de organiserende rommelmarktcommissie verlopen. Het evenement trok naar schatting vierduizend bezoekers en bracht meer op dan vorig jaar. "De opbrengst is zo'n twintig procent hoger dan die van vorig jaar'', aldus rommelmarktcommissielid Ab Meerdink die geen exact bedrag wil noemen. "Daar zijn we zeer blij mee. Ook de voorverkoop op internet is prima verlopen.''

Door Bart Kraan

Dat de opbrengst van het evenement in vergelijking met vorig jaar hoger was, had alles te maken met de gunstige weersomstandigheden. Het was afgelopen zaterdag droog daar waar het de vorige keer om 10.00 uur begon te regenen en tijdens de verkoop niet meer droog werd. Gevolg was dat onder meer de meubelen en tapijten, waar vlak voor aanvang de zeilen vanaf waren getrokken, helemaal nat werden en zodoende niet meer verkocht werden. Deze keer konden de daarvoor verantwoordelijke vrijwilligers wel meubels aan hun klanten slijten. Vooral klein meubilair, zoals krantenbakken, waren populair. "Die spullen hadden we vooraf geprijsd, daarvan hebben we redelijk veel kunnen verkopen. En van de ongeveer dertig tapijten die we hadden, hebben we er vijftien verkocht'', aldus Meerdink. "We hebben ook veel speelgoed, pannen en tupperware aan de man kunnen brengen.''
Ook de vouwwagen en Vespa-scooter, die Meerdink in de aanloop naar de rommelmarkt op diverse manieren extra onder de aandacht had gebracht, zijn van de hand gegaan. ,,De vouwwagen is naar een gezin uit het zuiden van Limburg gegaan. Die mensen hadden een connectie met Winterswijk en hadden gehoord dat dat ding hier te koop stond. De Vespa-scooter is naar Friesland gegaan.''
De rommelmarktcommissie kon vorige week zaterdag over voldoende vrijwilligers beschikken, mede dankzij de aanwezigheid van vrijwel de voltallige JO15-1 en JO17-1. "Die jongens waren er vrijwel allemaal en daar waren we heel blij mee'', aldus Meerdink, die voor volgend seizoen binnen FC Winterwijk nog wel op zoek gaat naar een seniorenelftal dat na afloop het grootste deel van de opruimwerkzaamheden voor haar rekening neemt. "Dan kunnen de mensen die de hele dag verkocht hebben, ermee stoppen.''
Is Meerdink tevreden over de gang van zaken tijdens de rommelmarkt, hij is ook content over de voorbereiding op het evenement. Die begon vorige week maandag met het opzetten van de kramen en leegmaken van twee containers die al op sportpark Jaspers stonden en het verdelen van de inhoud over de diverse kramen. Van dinsdag tot en met donderdag werden andere spullen aangevoerd, die door vrijwilligers naar de daarvoor bestemde kramen werden gebracht en daar werden uitgestald. "Op die maandag waren er twintig tot dertig man om de kramen op te zetten en ook van dinsdag tot en met donderdag hadden we een goede bezetting'', aldus Meerdink, wiens commissie voor de woensdag- en de donderdagavond diverse teams had gevraagd om te helpen met het zware meubilair. De leden van die teams leverden volgens Meerdink goed werk.
Hoewel er voldoende vrijwilligers voor de voorbereiding beschikbaar waren en zij hun werk met plezier deden, is het niet uitgesloten dat de rommelmarktcommissie het 'personeelsbeleid' toch iets wijzigt. "We kregen de tip om volgend jaar met twee ploegen te gaan werken. De meeste vrijwilligers zijn tussen de zestig en de zeventig, zij kunnen van negen tot vier uur iets doen. En van zes tot negen uur 's avonds kan een aantal wat jongere dames dan de kramen vullen. Dat is voor de ouderen met het oog op de hitte wel zo plezierig.''
De voorbereiding op de rommelmarkt van afgelopen zaterdag ondervond donderdag wel enige hinder vanwege een korte bui. "Het eerste zondagteam heeft om zes uur 's avonds snel de zeilen over het meubilair getrokken om te voorkomen dat dat nat werd'', aldus Meerdink. En handhavers van de gemeente gaven zowel vrijdag als op de verkoopdag zelf de rommelmarktcommissie van FC Winterswijk opdracht om kramen te verplaatsen omdat die op een plek stonden waar ze volgens het calamiteitenplan niet mochten staan. "Dat was wel even apart. De gemeente is wat dat betreft heel streng. Afgelopen week zijn wel vier of vijf keer handhavers van de gemeente langs geweest om te kijken of alles wel op de goede plek stond. We moesten alles op de meter nauwkeurig neerzetten.''