Afbeelding

Zwaleman | Kostgangers

Algemeen

Kostgangers

There ain't no mixture that will give you back your youth. Het is maar één zinnetje uit het door George Kooymans geschreven nummer Just a little bit of peace in my heart, waarmee The Golden Earrings (ja, toen nog met die s) in 1968 een tweede plaats in de Top 40 bereikten.
Je kunt je afvragen waar Kooijmans (hij was toen nog maar net twintig) zich druk over maakte, maar wat belangrijker is: hij had ongelijk. Die mix is er namelijk wel! Ik hem 'm gezien, ik hem 'm gehoord. George Kooijmans, Boudewijn de Groot en Hennie Vrienten samen op het podium: ik voelde me op slag weer jong. Misschien geen twintig, maar toch zeker ook geen zestig-plus. Wat ik toch wel degelijk ben.
Vreemde Kostgangers, zo noemen de drie Nederpophelden zich tijdens de tournee waaraan ze momenteel bezig zijn en waarmee ze donderdag Amphion in Doetinchem aandoen. Een mooie naam, die ook wel een beetje bij hun leeftijd past. Want laten we wel wezen, wie van onder de vijftig weet nog wat een kostganger is? Of was, want ik kan me haast niet voorstellen dat er tegenwoordig nog iemand bereid is een vreemde 'kost en inwoning' te verschaffen. De meeste mensen zullen als de kinderen het huis uitgaan die leegkomende slaapkamer liever als hobbykamer gaan gebruiken.
Ik zag Vreemde Kostgangers vorige week in het Wilminktheater in Enschede, maar maakte al eerder kennis met dit gelegenheidstrio in De Wereld Draait Door. Ik werd al enthousiast toen ik vernam dat alle liedjes voor de tour (en het nog volgende album) waren gecomponeerd in Diepenheim, waar Hennie Vrienten woont. Dat is op de spreekwoordelijke steenworp afstand van mijn huis. Dat er in mijn directe omgeving nog eens pophistorie zou worden geschreven, dat had ik nooit verwacht!
Ja, historie is er inderdaad geschreven door Vreemde Kostgangers. Bijna in de letterlijke zin van het woord. Want in de liedjes die Boudewijn, George en Hennie samen maakten hoor je de invloed en de muzikale achtergrond van elk van de drie terug. En daarmee dus een stuk historie, want allemaal hebben ze hun sporen in de Nederlandse popmuziek meer dan verdiend. Boudewijn in zijn eentje (nou ja, samen met Lennaert Nijgh natuurlijk) en George met de Earring(s). Hun namen stonden al in mijn schoolagenda, want begin jaren zestig maakten ze al hits. Hennie Vrienten, even oud als zijn twee kompanen, was met Doe Maar in de jaren tachtig natuurlijk een laatbloeier. Maar al voor zijn Doe Maar-tijd speelde hij in de begeleidingsband van Boudewijn. Ik weet dat trouwens pas sinds vorige week, want hij vertelde het tijdens de voorstelling.
Een voorstelling waarin ook wat oude nummers van elk van de drie worden gespeeld. Al dan niet in een opgepoetst jasje. Om me heen merkte ik dat een groot deel van het publiek (zoals gezegd, allemaal leeftijdsgenoten of nog ouder) deze liedjes het leukst vond. Niet verwonderlijk misschien, want Annabel bijvoorbeeld kun je heerlijk meebrullen. Maar zelf had ik toch meer met al die nieuwe nummers. Want zwelgen in nostalgie mag dan af en toe leuk zijn, ik heb toch nog vooral genoten van het vakmanschap waarmee deze drie oudere heren nog altijd muziek kunnen maken. Nieuwe muziek, maar geen R&B, geen hiphop, geen urbanpop, laat staan gangsta rap. Gewoon steengoeie muziek, misschien geworteld in de jaren zestig maar waarin ook allerlei invloeden terug te vinden zijn. En die vooral staat als een huis!
Oh ja, Kooijmans schreef Just a little bit of peace in my heart destijds nadat zijn vriendinnetje Melanie het had uitgemaakt. Toen het nummer een hit was kwam Melanie bij hem terug en binnenkort vieren ze hun gouden bruiloft. Dat is niet echt rock&roll natuurlijk. Maar wel ontroerend!

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant