Johanna Reiss heeft zojuist de erepenning ontvangen. Foto; Bernhard Harfsterkamp
Johanna Reiss heeft zojuist de erepenning ontvangen. Foto; Bernhard Harfsterkamp

Bijzonder blijk van waardering voor Johanna Reiss

Algemeen

'Nooit discrimineren vanwege godsdienst'

Door Bernhard Harfsterkamp

WINTERSWIJK – Nog altijd komen er scholieren naar Winterswijk om de locaties uit 'De schuilplaats' te bekijken. Nog altijd reist Johanna Reiss de wereld over om te vertellen over haar boek, waarin ze beschrijft hoe ze, een Joods kind, als onderduiker de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust overleefde. Woensdag 22 juni was ze weer in haar geboortedorp om nog eens haar verhaal te vertellen. Dat deed ze op een charmante en indrukwekkende wijze. Aan het eind van haar lezing werd ze verrast door burgemeester Thijs van Beem, die Johanna Reiss de erepenning van de gemeente overhandigde 'vanwege haar bijzondere betekenis voor Winterswijk'.

Verhaal blijven vertellen
'De schuilplaats' verscheen in 1972 en werd vrijwel onmiddellijk een bestseller en een klassieker, die vaak naast 'Het dagboek van Anne Frank' wordt genoemd. Reiss heeft zoals vele Joodse mensen, die de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog hebben overleefd, heel lang nauwelijks verteld over wat ze heeft mee gemaakt. Haar twee dochters wisten aanvankelijk niets. Op aandringen van haar man Jim begon ze haar verhaal op te schrijven voor haar twee jonge dochters. Na het verschijnen van het boek is ze er over blijven vertellen, tegenwoordig ook regelmatig in Duitsland nadat in 2015 de vertaling 'Und im Fenster der Himmel' was verschenen. Van Beem vertelde dat daardoor tegenwoordig schoolbussen met Duitse jongeren naar Winterswijk komen.

Niet alleen een 'zwaar' verhaal
In de theaterzaal van het Gerrit Komrij College vertelde Reiss nog eens het verhaal over het onderduikadres in Usselo en over Johan, Dientje en opoe Oosterveld, die haar en haar zus Sini liefdevol hadden opgevangen. Het was niet te merken dat het al de zoveelste keer was. De schuilplaats en de familie kwamen tot leven, vooral door de manier waarop Johanna Reiss over ze vertelde. Het werd nooit een 'zwaar' verhaal, er was telkens ruimte voor vermakelijke details, zoals over Johan Oosterveld die boos op Reiss was, omdat hij vloekend in het boek voor kwam. Die boosheid uitte hij met het nodige gevloek. Of over opoe, die graag bij haar zoon achterop de motorfiets zat, van waaruit ze als een koningin naar iedereen zwaaide. Reiss ondersteunde haar verhaal met foto's van het onderduikadres en van de mensen, bij wie ze 1000 dagen en nachten verbleef en met wie ze na de Tweede Wereldoorlog altijd contact heeft gehouden.

'Niet doen!'
Hoewel Johanna Reiss veel vertelde over het dagelijks leven tijdens het onderduiken met de kleine en grote ergernissen die erbij hoorden, vergat ze de reden niet waarom ze een verborgen leven had moeten leiden. Helemaal begrijpen doet ze nog steeds niet waar die haat tegen de Joden vandaan was gekomen, die tot zo'n groot aantal doden heeft geleid. "De enige zonde was dat ik Jood was. Was dat nou een reden?" Ze herinnerde zich dat Johan Oosterveld een keer had verteld over een vervelende Jood, die een koe hard in de neus had geknepen. "Maar hij zei nooit dat alle Joden niet deugden. Tegenwoordig generaliseren mensen. Niet doen! Je moet nooit discrimineren vanwege de godsdienst. Accepteer de mens zoals die is." Reiss herhaalde het nog een paar keer. "Pest niet, ook niet met woorden."

Het Nederlands niet verleerd
Johanna Reiss woont vanaf de jaren vijftig in New York. Ze praat niet vaak Nederlands meer, zei ze. Dat was niet te merken. Haar verhaal kwam vloeiend en als ze even niet op het goede Nederlandse woord kwam, was er altijd iemand in de goed gevulde zaal die hielp. Ook op de opmerkingen die ze maakte in het dialect was niets aan te merken. De lezing werd niet alleen bijgewoond door veel leerlingen, van wie een grote groep de Duitse vertaling van 'De schuilplaats' had gelezen, maar ook door oudere Winterswijkers. Er waren enkele mensen die Reiss kenden van toen ze nog als Annie de Leeuw in het vooroorlogse Winterswijk rondliep. Die hadden nog met haar gespeeld.


Waardevol
Burgemeester van Beem vertelde dat de gemeente het initiatief had genomen: "Om onze oud-plaatsgenoot hierheen te halen. We wisten dat ze deze zomer enkele dagen in Europa zou zijn." Reiss was niet alleen voor een lezing naar haar geboortedorp gehaald. Na afloop bleek al snel dat Van Beem haar wilde eren met de erepenning. "Die wordt slechts in uitzonderlijke gevallen toegekend", zei hij. Johanna Reiss was de vijfde persoon die de onderscheiding kreeg, nadat die eind jaren 80 van de vorige eeuw is ingevoerd. In zijn toespraak bracht Van Beem 'de gitzwarte periode die in het collectieve geheugen gegrift blijft' ter sprake. "Vorig jaar vierden we 70 jaar bevrijding. Er zijn steeds minder mensen die de oorlog bewust hebben meegemaakt. Daarom is het zo waardevol dat mevrouw Reiss haar verhaal nog kan vertellen."

Waardering
Van Beem noemde 'De schuilplaats' een aangrijpend verhaal dat liet zien dat het vaak hele gewone mensen waren die anderen hielpen in de oorlog. Voor hun rol was de familie van Oosterveld in 2005 postuum geëerd met de Joodse Yad Vashem-onderscheiding. Ze hadden de eretitel 'rechtvaardige onder de volkeren' gekregen. "Inmiddels is Johanna Reiss 84 jaar. Maar nog steeds maakt ze reizen met een tomeloze energie. Nog steeds geeft ze overal lezingen. Overal waar u komt houdt u de lezers voor, dat je nooit mensen moet uitsluiten. Als de oorlog ons één ding leert is dat we door onze vrijheid verplicht zijn ons in te zetten voor de vrijheid van anderen." De burgemeester zei dat Johanna Reiss een bijzondere plaats heeft in de Winterswijkse samenleving. "Daar past een bijzondere blijk van waardering bij." De schrijfster bleek er zeer verguld mee te zijn.


Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant