Josée Mees en Jos Roerdink:
Josée Mees en Jos Roerdink: "Loop gerust binnen als de molen draait!" Foto: Achterhoek Nieuws bv

Molenaars gezocht, ook voor 'Rolls Royce' onder molens

Algemeen

WINTERSWIJK - De machtig draaiende wieken van de molen Bataaf bepalen het beeld voor het uitgaande verkeer van Winterswijk op de Vredenseweg. Was de molen in 2003, toen Appie te Lintum de molen tegen het symbolische bedrag van 1 euro overdroeg, niet fraai, met een romp zonder wieken, ingesloten door verschillende bijgebouwen, nu is het een schitterend baken waardoor Winterswijk bij het verlaten in het geheugen geprent blijft.


De molen Bataaf is een molen met een rijke geschiedenis, maar daar wil de Stichting Vrienden van de Winterswijkse Molens, verantwoordelijk voor de restauratie, een stukje toekomst aan toevoegen. "Draaiend houden", is het devies en daar heb je molenaars voor nodig en het liefst jonge molenaars.

Bij een bezoek aan de molen draait Josée Mees, aspirant-molenaar, er niet omheen: "We hebben jonge(re) mensen hard nodig." Het gezelschap vrijwilligers is inderdaad niet zo jong meer, maar het enthousiasme spat er vanaf en het werk dat ze verzetten liegt er ook niet om: vloeren leggen, eiken deuren maken en afhangen, onderhoud van de belt en het groen eromheen en nog veel meer. Molenaar Jos Roerdink, Josée Mees en Wim Lobeek, die veel werk heeft verzet bij de restauratie, geven een rondleiding.

Rolls Royce onder de molens
Alleen de romp en de kap waren er nog, toen de restauratie in 2007 begon. De oude molen moest gereconstrueerd worden. Bij een temperatuur van min 10 graden werd alles ingemeten. Waar heeft de trap gestaan, was er nog een tweede koppel molenstenen, waarom zit er daar een gat in het houtwerk? De molen vertelde zijn verhaal en 'luisteraar' Wim Lobeek vertelt het verder als een spannend detectiveverhaal. Zo wijst hij op de uitgesleten bovenste trede door de klomp van de molenaar, die de plaats van de trap verraadde. "Opvallend zijn ook de buitengewoon fors uitgevallen staanders, die nog dateren uit 1801, toen de molen werd gebouwd. Door de verkoop van aandelen hoopte men de predikanten van de Ned. Hervormde Kerk in onderhoud te kunnen voorzien. Dat was misschien wel een extra reden voor de scholtenboeren, die de staanders leverden, om niet voor elkaar onder te doen. Het waren bosbouwers en de dikste bomen waren nog niet goed genoeg om de kerk te dienen, zodat de 'rigtemasten' veel dikker waren dan noodzakelijk; en dan nog in eikenhout in plaats van het gebruikelijke dennenhout. In molenland wordt de Bataaf dan ook wel de Rolls Royce onder de molens genoemd", vertelt Lobeek. Van het binnenwerk van de grote molen was na de ontmanteling in de jaren zestig vrijwel niets over. Nog wel één dikke balk in de kap van de molen, die er echter wat verweerd uitzag en de restauratiecommissie vond dat die vervangen moest worden. Maar daar was Appie te Lintum - die helaas net vóór het opleveren van de restauratie is overleden - het absoluut niet mee eens. Berekend was dat de balk 1500 kg aan moest kunnen. Het technisch bureau dat de belasting moest controleren is maar gestopt bij 3500 kg. Zo kreeg Appie zijn gelijk.

De plaats van de as werd door een 'litteken' in het houtwerk verraden, maar de gietijzeren as, die al na een paar jaren de versleten houten as had vervangen, was nergens meer te achterhalen. De zoektocht leverde wel de regulateur op, een apparaat bestaande uit twee ballen. De regulateur regelt de afstand tussen de twee molenstenen. Wim Lobeek: "Ik zal nooit het antwoord vergeten van de vlotte secretaresse van het Amsterdamse bedrijf dat de regulateur in bezit had. Toen ik belde en vroeg of er bij hen in de hal nog een apparaat met twee ballen hing, was het antwoord zeer ad rem: "Zoiets hangt niet bij ons in de hal, maar er lopen er in het bedrijf wel wat rond!" Zo is de molen Bataaf een 'molen met ballen' geworden.

Verder beleefde de Bataaf de primeur van een nieuwe vinding. De molen werd uitgerust met zogenaamde Dekker-voorzomen en Ten Have-remkleppen. Een vinding, die zijn oorsprong vond in de luchtvaart.

Nieuwe molenaars gezocht
Een rondleiding in de Bataaf staat bol van anekdotes, maar molenaar is wel een serieus vak. Een molenaar is ook onmisbaar, niet alleen omdat een draaiende molen per omwenteling van de wieken de subsidie rechtvaardigt, maar ook om de molen in goede staat te houden. Gebreken moeten tijdig worden gesignaleerd om te voorkomen dat kostbaar herstel moet worden uitgevoerd. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat de met veel inspanning en liefde gerestaureerde molen weer in verval raakt. De Stichting Vrienden van de Winterswijkse Molens wil graag nieuwe mensen opleiden om het mooie vak molenaar in één van de vier molens (Venemansmolen, Meenkmolen, Sevinkmölle en de Bataaf) uit te oefenen.

Josée en Jos laten de verschillende verdiepingen van de molen zien. Ze vertellen: "De meelzolder waar het gemalen graan als meel terugkeert, is bij bezoekers het meest populair. De molenaar controleert daar met de hand de kwaliteit van het meel. Bij een rondleiding willen kinderen daar ook altijd graag in graaien. De as van de molen wordt gesmeerd met varkensreuzel. De aspirant-molenaar moet met de werking van de molen vertrouwd raken. Er komt nog heel wat bij kijken. De thema's: veiligheid, weer, de bediening, techniek en bijzondere handelingen en algemene molenkennis komen aan bod in een (gratis) cursus van een jaar. Een uitdaging is het om in de wieken te klimmen om het zeil te spannen. Niet verwonderlijk dat er twee jonge knullen in opleiding zijn! Maar meer jongeren zijn van harte welkom! Kom gewoon eens binnen lopen bij een molen, als-ie draait. Dan vertellen we er graag over!"

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant